ch5 5C+5D

Lundi 7 mars
2022

classe 3H1
1 / 27
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Lundi 7 mars
2022

classe 3H1

Slide 1 - Slide

Au resto!
1. Les vacances => qui a parlé français pendant les vacances?

2. Le restaurant => qui connaît des mots français de la nourriture (=voedsel)?

Slide 2 - Slide

Du pain

Slide 3 - Slide

d'autres mots:
du vin
du chocolat (chaud)
du boursin
des escargots
de la ratatouille
du café
le jus d'orange

Slide 4 - Slide

Programme de la période
1. explication studieplanner
2. explication tâche de la semaine 10
3. SO chap 5 (voca AB + Phr.Clé C) (Gramm D???) => le 14 mars
4. Schrijf hw + so + pw in agenda!
5. les cours de chap 5 => zie werkblad!!

Slide 5 - Slide

Programme du jour
Bron 5C Parler

But pédagogique:
- aan het eind van de les kun je iets bestellen in een Frans restaurant
- je kunt een menu samenstellen

Slide 6 - Slide

A faire:
ex 12 (uitspraak + bedenk eigen woorden!)
ex 13 (in 2-tallen)
ex 14 (een groepsgesprek + een boodschappenlijstje)

Ben je klaar met de opdrachten? Laat het de docent weten, zodat je overhoord kan worden. Iedereen(!) moet iets laten horen. 

Heb je tijd over? Kijk dan de opdrachten van 5B en 5D na.

Slide 7 - Slide

Mardi 8 mars
2022

classe 3H1

Slide 8 - Slide

Het delend lidwoord
In het Nederlands GEEN lidwoord? Dan in het Frans een delend lidwoord!

mannelijk ev: du
vrouwelijk ev: de la
met klinker of stomme h: de l'

meervoud: des

Slide 9 - Slide

Je mange ____ pain (mnl ev)
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 10 - Quiz

Tu aimes les légumes? Tu voudrais manger ____ légumes?
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 11 - Quiz

J'aime le chocolat. J'achète ___ chocolat.
A
du
B
de la
C
de l'
D
des

Slide 12 - Quiz

Hoeveelheid
Na een hoeveelheid gebruik je altijd de / d' .

Slide 13 - Slide

Je bois un verre ___ eau.
A
de
B
d'

Slide 14 - Quiz

Je bois un verre __ vin
A
de
B
d'

Slide 15 - Quiz

Tu préfères ____ viande? (vrl ev)
A
le
B
la
C
l'
D
les

Slide 16 - Quiz

Aimer-adorer-détester-préférer
Na deze ww komt er altijd le, la, l', les als er een zelfstandig naamwoord volgt.

Bijv: J'aime la baguette.

Slide 17 - Slide

En nu alles door elkaar heen....
1. Na het ww aimer/adorer/détester/préférer: le, la, l', les

2. Na een hoeveelheid: du / d'

3. In het Nederlands geen lidwoord? Dan in het Frans een delend lidwoord: du, de la, de l', des

Slide 18 - Slide

Je déteste ___ poulet
A
du
B
d'
C
de
D
le

Slide 19 - Quiz

Je vais acheter ____ viande
A
de la
B
de
C
d'
D
la

Slide 20 - Quiz

Je mange un kilo ___ légumes.
A
des
B
de
C
d'
D
les

Slide 21 - Quiz

Je voudrais une bouteille ____ coca.
A
du
B
de
C
d'
D
le

Slide 22 - Quiz

Je mange beaucoup ____ croissants.
A
des
B
de
C
d'
D
les

Slide 23 - Quiz

À toi maintenant...!
1. Gesprekje ex 13 en/of 14 bij docent laten horen
2. Afmaken en nakijken bron B en D. Je kunt een nakijkblad bij de docent halen.
3. Laatste vragen stellen over het SO van de volgende les: chap 5 bron ABC (niet D!)
4. Bron F maken + nakijken: ex 22 t/m 25. Dat moet deze les af!

Slide 24 - Slide

Mardi 8 mars
2022

classe 3H1

Slide 25 - Slide

SO chap 5
Leerstof:

5AB => voca
5C => Phrases-Clés


BONNE CHANCE!

Slide 26 - Slide

Aujourd'hui
1. Je moet vandaag afhebben + nagekeken: Bron 5B, 5C, 5D
2. Je maakt een begin met taak 11/12, het toneelstukje. 
- Zorg dat je begrijpt wat de opdracht is
- Maak een globale opzet
- verdeel de taken
3. Werk aan bron 5F

Hw 21/3: afmaken Bron 5F + lr voca 5F

Slide 27 - Slide