Spelling blok 3 afronding + herhaling grammatica

Planning 
  1. Lezen 
  2. Nakijken spelling
  3. Herhaling grammatica
  4. Aan de slag 
  5. Afsluiting en evaluatie 
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 18 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Planning 
  1. Lezen 
  2. Nakijken spelling
  3. Herhaling grammatica
  4. Aan de slag 
  5. Afsluiting en evaluatie 

Slide 1 - Slide

Borealis 
Lezen 10 min 



Slide 2 - Slide

Opdracht 2 

1 is = pv tt
 afgebrand = vdw
2 beledigt = pv tt
3 beroofde = pv vt
4 proefde = pv vt
 maakte = pv vt
5 heeft = pv tt
 verwend = vdw


6 kostte = pv vt
 zucht = pv tt / zuchtte = pv vt
7 gebeurt = pv tt
 sneeuwt = pv tt
8 landt = pv tt
9 durft = pv tt
 ga = pv tt
10 heb = pv tt
 gesport = vdw

Slide 3 - Slide

Opdracht 3
1 vergroot – vergrote
2 gemist – gemiste
3 gebeurd – gebeurde
4 beloofd – beloofde
5 verkort – verkorte
6 gevaren – gevaren

7 geplant – geplante
8 gered – geredde
9 verbaasd – verbaasde
10 geleid – geleide

11 verbreed – verbrede
12 verplicht – verplichte

Slide 4 - Slide

Opdracht 4 
begonnen – begonnen
  nagebouwd – nagebouwde
 vergaan – vergane
 ingestort – ingestorte
 voltooid – voltooide

Slide 5 - Slide

Zinsontleding

Slide 6 - Slide

Ayla heeft heerlijke pizza’s voor ons gemaakt. 
  • Persoonsvorm zoeken. 
  • Zin in een andere tijd zetten. 
  • Ayla had heerlijke pizza's voor ons gemaakt. 
  • had=pv 
  • Ayla|heeft|heerlijke pizza's voor ons gemaakt. 

Slide 7 - Slide

Ayla heeft heerlijke pizza’s voor ons gemaakt. 
  • Zoeken naar het werkwoordelijk gezegde
  • Alle werkwoorden in de zin
  • Heeft en gemaakt zijn werkwoorden, dus wwg 
  • Ayla |heeft| heerlijke pizza's voor ons |gemaakt|

Slide 8 - Slide

Ayla heeft heerlijke pizza’s voor ons gemaakt. 
  • Zoeken naar het onderwerp
  • Degene die de handeling uitvoert
  • wie/wat+gezegde? 
  • Wie/wat heeft gemaakt? 
  • Ayla = onderwerp 
  • Ayla |heeft| heerlijke pizza's voor ons |gemaakt|

Slide 9 - Slide

Ayla heeft heerlijke pizza’s voor ons gemaakt. 
  • Zoeken naar het lijdend voorwerp
  • Degene die de handeling ondergaat
  • wie/wat+gezegde+onderwerp?
  • Wie/wat heeft Ayla gemaakt? 
  • Heerlijke pizza's = lijdend voorwerp 
  • Ayla |heeft| heerlijke pizza's| voor ons |gemaakt|

Slide 10 - Slide

Woordbenoemen 

Slide 11 - Slide

Werkwoord 
Het woord dat je letterlijk kunt uitvoeren 

  • Ik eet een koekje.
  • Ik eet een koekje.

Slide 12 - Slide

Lidwoord 
  • Staat meestal voor een zelfstandig naamwoord 
  • De, het, een 

  • De tablet ligt op het nachtkastje.
  • De tablet ligt op het nachtkastje.

Slide 13 - Slide

Zelfstandig naamwoord
  • Gebruik je voor namen van mensen (ook eigen namen), dieren, planten, dingen en plaatsen (MEdiPLAdiPLA). 

  • De fiets van Thijs staat voor het station tegen de oude boom. 
  • De fiets van Thijs staat voor het station tegen de oude boom. 

Slide 14 - Slide

Bijvoeglijk naamwoord 
  • Zegt iets over een eigenschap van een zelfstandig naamwoord en staat er meestal direct voor. 

  • De leuke docent geniet van zijn heerlijke, warme koffie. 
  • De leuke docent geniet van zijn heerlijke, warme koffie. 

Slide 15 - Slide

Voorzetsel 
  • Kun je invullen op de puntjes in ... het schoolfeest, ... de kooi, ...de kamer, ... de kast. 
  • Het eerste woordje is dan een voorzetsel. 
  • tijdens het schoolfeest
  • naast de kooi
  • in de kamer
  • op de kast 

Slide 16 - Slide

Aan de slag! 

Keuze 
  • Werkblad zinsontleding (mv hoeft niet)
  • Werkblad woordbenoemen.

Klaar? 
  • Nakijken 

Slide 17 - Slide

Evaluatie 
Wat heb je vandaag geleerd? 
(kan ook herhaling zijn geweest) 

ClassDojo bij Nederlands? 
  1. vinger = ja 
  2. vingers = nee 

Slide 18 - Slide