taal leren IV laatste deel

• NT2
• Hoger onderwijs

Ik ontdekte dat Andreas het feest in het geheim voorbereidde. Ik hoorde hem bellen met een cateringbedrijf.

1. doordat
2. zolang
3. sinds

Ik schrijf me niet in voor een studie.
Ik weet niet of ik financiering kan krijgen.

1. sinds
2. zolang
3. wanneer

Ik vind het leuk om naar Nederlandse liedjes te luisteren.
Ik begrijp de grapjes in die liedjes.

1. alsof
2. tenzij
3. nu

Die plaats is moeilijk te bereiken.
Je beschikt over een auto.

1. alsof
2. doordat
3. tenzij

Het was ontzettend druk in het winkelcentrum.
Alles was vandaag gratis.

1. doordat
2. sinds
3. alsof

Ik heb Diana niet meer gezien.
Ze is verhuisd naar het Zuiden.

1. naarmate
2. opdat
3. sinds

Ze woont .... 5 jaar in Spanje.

1. al
2. sinds
3. al

De lucht wordt ijler.
Je komt hoger in de bergen.

1. naarmate
2. tenzij
3. alsof

U moet de printer terugsturen naar de fabriek.
De printer kan niet door onze reparatiedienst gerepareerd worden.

1. alsof
2. wanneer
3. zolang

Je hebt recht op een kaart voor de universiteitsbibliotheek.
Je bent ingeschreven als student.

1. zolang
2. naarmate
3. sinds

U kunt zich inschrijven voor deze cursus.
U hebt een diploma van de voorgaande cursus.

1. doordat
2. mits
3. alsof

doordat

mits

als

behalve als / maar niet als

geleidelijk, met de tijd

vanaf een specifiek moment

gedurende de tijd dat

een tijdsduur

alleen als, op voorwaarde dat

wanneer

tenzij

sinds

naarmate

alsof

zolang

omdat

al

Welke uitdrukkingen betekent 'het is moeilijk' (...om de taal van je geliefde te leren)

Met welke uitdrukking kan je zeggen 'kunnen of kennen'?

https:

We ... elkaar al sinds onze kindertijd.

1. kennen
2. kunnen

kUnnen of kEnnen?
Hij ... heel veel mensen.

1. kent
2. kan

Ik ... heel goed telefoonnummers onthouden.

1. ken
2. kan

Ik ... zijn telefoonnummer niet meer...

1. kan
2. ken

Vroeger ... ik veel woorden, maar nu ben ik veel vergeten.

IMPERFECTUM
Ik was moe en ... me haar naam niet meer herinnneren.