Als je met andere mensen samenwerkt, moet je overleggen. Je probeert dan samen te beslissen wie wat gaat doen en wanneer het af moet zijn.
Slide 7 - Slide
Zo overleg je met elkaar
Luister goed naar elkaar. Laat elkaar uitspreken.
Maak met elkaar een lijstje van taken die gedaan moeten worden.
Vertel één voor één wat je wilt doen. Vertel ook waarom je dat wilt (= een argument).
Argument: Je maakt je mening duidelijker.
Slide 8 - Slide
Zo overleg je met elkaar
Zorg ervoor dat iedereen ongeveer evenveel doet.
- Willen sommige hetzelfde doen? Kies met elkaar de meest geschikte persoon of trek lootjes.
- Is er een bepaalde taak die niemand wilt? Beslis met elkaar wie die taak gaat uitvoeren. Dit kan bijvoorbeeld iemand zijn die ook de leukste taak heeft.
Schrijf de afspraken op.
Noteer wanneer de taken klaar moeten zijn.
Slide 9 - Slide
Oefenen met overleggen
In groepjes van 3 of 4 leerlingen maak je het werkblad over schoolfeest organiseren