Diëten en voedingspatronen

Wat weet jij over diëten en voedingspatronen?
1 / 39
next
Slide 1: Mind map
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 4

This lesson contains 39 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Wat weet jij over diëten en voedingspatronen?

Slide 1 - Mind map

This item has no instructions

Diëten en voedingspatronen
Vaak volgen mensen een dieet om gezondheidsredenen. Het kan ook voor mensen worden voorgeschreven die een afwijkend voedingspatroon hebben. Vaak wordt je doorverwezen naar een diëtist. Een diëtist volgt de richtlijnen van de arts en houdt rekening met jou wensen. Zodat het vol te houden is. 

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Leerdoelen
Aan het einde van de les kan je:

  • Vertellen welke soorten diëten er zijn
  • Advies geven aan mensen wanneer zij willen afvallen
  • Meer vertellen over lightproducten
  • Uitleggen wat eetstoornissen zijn
  • Uitleggen wat voedselallergieën en voedselintolerantie is

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Dieet
Bij diëten wijkt de voeding af van de normale voeding. Een dieet is een voorgeschreven voedingswijzer

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Een dieet is een ...
A
ongeschreven voedingswijzer
B
een stomme verplichting
C
voorgeschreven voedingswijzer
D
geschreven wijzer

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

Twee soorten diëten 
  1. Voedingsbeperkte diëten 
Deze diëten bevatten minder van een bepaalde voedingsstof
Voorbeelden: natriumarm dieet, energiebeperkt dieet, glutenvrij dieet, koemelkvrij dieet en lactosevrij of -beperkt dieet
2. Voedingsstofverrijkende diëten  
Deze dieten bevatten veel meer van een bepaalde voedingsstof dan normaal het geval is.
Voorbeeld: energieverrijkt dieet 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Natriumarm is een andere woord voor?

Slide 7 - Open question

This item has no instructions

Lactose is?
A
Een suiker die alleen in melkproducten voorkomt
B
Een suiker die voorkomt in fruit
C
Een suiker die voorkomt in groente
D
Een suiker die voorkomt in tarwe

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

maak opdracht 5.01, 5,02 en 5,03
maken opdracht 5.04, 5.05

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Advies geven
Lees blz.201 tot blz.203. Je hebt hier ongeveer 5-10 minuten voor. 

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

wees duidelijk
wees eerlijk
vertel de voor en nadelen van een dieet
Laat iemand zelf een keus maken

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Wat moet je iemand adviseren om af te vallen?

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Lightproducten
Een lightproduct kan een goed en gezond alternatief zijn voor een gewoon product. In een lightproduct moet minstens 30% minder aan calorieën zitten dan in een gewoon product. Het woord light slaat op minder energie, vet of suiker. 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions

Noem een aantal voorbeelden van lightproducten

Slide 14 - Mind map

This item has no instructions


Voedingssupplementen 

Voedingssupplementen zijn bedoeld als aanvulling op de dagelijkse voeding. Als je gezond en gevarieerd eet, dan heb je geen voedingssupplementen nodig. Alleen speciale groepen die extra voedingsstoffen nodig hebben, zijn: zwangere vrouwen, jonge kinderen en ouderen. 

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

Welke extra voedingsstoffen hebben zwangere vrouwen nodig?
A
Foliumzuur
B
Vitamine D
C
Lightproducten
D
Mineralen

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Slide 17 - Video

This item has no instructions

Kenmerken anorexia zijn:
  • Gewichtsverlies en ondergewicht
  • Het wegblijven van menstruatie
  • Angst hebben om aan te komen
  • Ontkenning in beginfase
  • Negatief zelfbeeld uiterlijk
  • Het vaak koud hebben
  • Extreem veel sporten
  • Concentratieproblemen en geheugenproblemen
  • Schaamte en proberen het te verbergen
Kenmerken boulimia zijn:
  • Vasten uit intense angst om dik te worden
  • Eetbuien: veel eten in weinig tijd
  • Ongecontroleerd drang hebben om te eten
  • Veel calorierijke producten eten
  • Door braken of met laxeermiddelen het overmatig eten wegwerken
  • Last hebben van eenzaamheid, depressiviteit en schuldgevoelens 

Slide 18 - Slide

This item has no instructions

Een kenmerk van anorexia kan zijn:
A
Eetbuien
B
Schuldgevoelens
C
Calorierijke producten eten
D
Het vaak koud hebben

Slide 19 - Quiz

This item has no instructions

Slide 20 - Video

This item has no instructions

Voedselallergie
Bij een voedselallergie is er altijd sprake van een overactief immuunsysteem. Je hele lichaam roept als het ware 'nee' tegen het voedingsmiddel. 

Reacties kunnen zijn: jeuk, galbulten, zwellingen en benauwdheid. Deze reactie kan zelfs levensbedreigend zijn. 

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Allergie en intolerantie
  • Voedselallergie: afweersysteem reageert op voedsel
  • Voedselintolerantie: ongewone reactie op voedingsmiddelen

Slide 22 - Slide

This item has no instructions

Soorten voedselallergieën:

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Heb jij een voedselallergie of ken je iemand die dit heeft? Zoja noem ook de soort voedselallergie

Slide 24 - Open question

This item has no instructions

Voedingsintolerantie
Dit is eten waar je niet goed tegen kunt. Voorbeelden van klachten zijn: buikpijn, buikkramp, diarree of je moet heel de tijd winden laten. Het afweersysteem speelt hier geen rol bij. 

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Wat zijn de meest bekendste en voorkomende voedselallergieën zijn?
A
Selderij
B
Pinda's
C
Mosterd
D
Schaaldieren

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Wat heb je vandaag allemaal geleerd?

Slide 27 - Mind map

This item has no instructions

*Coeliakie 
- Intolerantie voor gluten 
- Gluten = Eiwit
* Beschadiging van de darmwand 
- Darmvlokken gaan kapot
- Lichaam krijgt niet de gewenste voedingsstoffen binnen
 

Slide 28 - Slide

This item has no instructions

Verlengde instructie

Je kunt meedoen met de verlengde instructie of je start met de opdrachten. 

Slide 29 - Slide

This item has no instructions

Krijg je de opdrachten in de les niet af,
dan maak je de opdrachten als huiswerk voor de volgende les!!! 
Mens & Gezondheid 
| Hoofdstuk 5 |
Opdracht 5.01
    t/m 5.17 

Zelfstandig aan het werk !!!
Maken opdrachten:

Slide 30 - Slide

This item has no instructions

Een dieet is een ...
A
ongeschreven voedingswijzer
B
een stomme verplichting
C
voorgeschreven voedingswijzer
D
geschreven wijzer

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Waarom is een zoutarm dieet beter dan een zoutloos dieet?
A
Minder zout is gezond maar zout is wel belangrijk
B
Zoutarm is helemaal niet beter
C
Een zoutloos dieet bestaat niet
D
Zoutarm betekent minder zout

Slide 32 - Quiz

This item has no instructions

Energiebeperkt dieet is...
A
Is een dieet waarbij je ervoor zorgt dat je MINDER calorieën binnenkrijgt dan je verbruikt, waardoor je afvalt.
B
Is een dieet waarbij je MINDER zout gebruikt. Dit is goed voor de bloeddruk.
C
Is een dieet waarbij je MEER calorieën eet, waardoor je extra aankomt.
D
Een dieet waarbij je MEER zout gebruikt.

Slide 33 - Quiz

This item has no instructions

Wat is een lactosevrije dieet?
A
Dieet zonder tarwe producten
B
Dieet zonder melk producten

Slide 34 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn kenmerken van anorexia?

Slide 35 - Open question

This item has no instructions

Einde van de les
  • Conclusie eetgewoonten
  • Wat zijn afwijkende voedingsgewoonten?
  • Wat is het verschil tussen een voedsel allergie en een voedsel intolerantie? 


Vooruitblik volgende week. 

Slide 36 - Slide

Terugblik en samenvatting op de les. 
Theorie leren van hoofdstuk 1t/m 4 van mens en gezondheid. Blz. 111 t/m 196

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Opdracht: 

Zoek per dieet, wat je wel mag eten &  wat je niet mag eten...van de 2 diëten hieronder.

Lees dit na in je boekje 6, blz. 9 en 10

1. Energiebeperkt dieet
2. Natriumbeperkt dieet

timer
2:00

Slide 38 - Slide

This item has no instructions

Kleine opdracht:

Zoek op de site van het voedingscentrum 1 dieet en vertel daar kort over.

(hier heb je 10-15 minuten de tijd voor)

Slide 39 - Slide

This item has no instructions