Bs 6: gezond bewegen

Wat gaan we doen vandaag?
  1. Korte kennistest 
  2. Uitleg BS 4.6 Gezond bewegen 
  3. Zelfstandig aan de slag

   
1 / 26
next
Slide 1: Slide
biologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 26 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Wat gaan we doen vandaag?
  1. Korte kennistest 
  2. Uitleg BS 4.6 Gezond bewegen 
  3. Zelfstandig aan de slag

   

Slide 1 - Slide

Sleep de woorden naar de afbeeldingen
Scheenbeen
Kuitbeen
Dijbeen
Opperarmbeen
Heupbeen
Borstbeen

Slide 2 - Drag question

Spiervezels vormen samen een ..
A
pees
B
vezel
C
spierstelsel
D
spierbundel

Slide 3 - Quiz

Mieke zegt: 'ik heb een spier die nooit moe wordt'. Kan dit? Zo ja: Wat voor een spier is dit?
A
Nee, spieren worden op een bepaald moment moe
B
Ja, dit is een hartspier
C
Nee, dit komt alleen bij insecten voor
D
Ja, dit is een skeletspier

Slide 4 - Quiz

Een ander woord voor de biceps is.
A
Armstrekspier
B
Armbuigspier
C
Armspanspier
D
Armaanspanspier

Slide 5 - Quiz

Wat gebeurt er met de antagonist van een spier die samentrekt?
A
ontspant
B
spant aan

Slide 6 - Quiz

Versleep de namen naar de goede onderdelen
Spiervezel
Spierbundel
Spierschede


Pees

Slide 7 - Drag question

Slide 8 - Slide

Leerdoelen
  • Je weet dat spieren sterker worden door bewegen en sporten.
  • Je kunt uitleggen dat lichaamsbeweging goed is voor je gezondheid.

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Een spier die je aanspant wordt...
A
korter en dikker
B
korter en dunner
C
langer en dunner
D
langer en dikker

Slide 11 - Quiz

Wie heeft zijn arm/been eens in het gips gehad? Wat viel je daarna op?

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Conditie
Als je meer beweegt bouw je lichamelijke conditie op. Je kan dan langer en sneller bewegen

Beweging is niet alleen goed voor je spieren maar zorgt ook voor ontspanning.


Slide 14 - Slide

Coördinatie
Dit betekent dat alle spieren in het lichaam tegelijkertijd goed worden aangestuurd.

Bewegen is belangrijk voor goede motorische ontwikkeling.


Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Door te sporten verbeter je je 


(je kunt gemakkelijker, sneller en langer bewegen)
en je 


(bewegingen worden sneller en nauwkeuriger
conditie
coördinatie 

Slide 17 - Drag question

Sommige bewegingen sla je op in je motorisch geheugen. Die bewegingen doe je zonder
erbij na te denken.
Bij welke beweging moet je wel nadenken?
A
fietsen
B
kauwen
C
klimmen
D
lopen

Slide 18 - Quiz

Spierpijn
-Vaak na een beweging die je niet gewend bent
-Kleine scheurtjes in je spieren
-Vaak trainen > minder spierpijn

Slide 19 - Slide

Wat is een blessure?

Een blessure is een beschadiging aan botten, spieren en gewrichten.


Slide 20 - Slide

RSI (repetitive strain injury)
Door langdurige herhaling zelfde beweging, terwijl de rest van het lichaam niet beweegt

Voorbeelden zijn:
muisarm
sms duim
wii arm

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Video

Hoe kun je blessures
voorkomen?

Slide 23 - Mind map

Slide 24 - Slide

Welke functie hoort bij de activiteit?
Spieren opwarmen
afvalstoffen afvoeren
spieren rustig oprekken
warming-up
rekoefeningen
coolingdown

Slide 25 - Drag question

Wat ga je nu doen?

L bs 6 ‘gezond bewegen’
M bs 6: 1 t/m 3, 7, 8

Klaar? 
-Test jezelf bs 1-6 maken 
-Leren voor de toets (4 februari)

Slide 26 - Slide