This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
VWO 2 - Woche 3 - Stunde 1
Slide 1 - Slide
Planung
Wochenaufgaben checken
Paragraf E: Grammatik Uitleg ein(e) & kein(e)
Afmaken / verbeteren: - Paragraf A, B, C, D, H, G - Wiederholung 4 - Slim Stampen
Ziele
Je kunt de regels voor de uitgangen van ein- en kein- toepassen.
Slide 2 - Slide
Wochenaufgaben
Machen: K5
Verbessern: Paragraf A, B, C, D, H
Paragraf G: Schreiben 42, 43, 44
Inleveren: Schreibaufgabe einladung zum Essen in Teams
Kennen:
Slim Stampen: Paragraf A, C, D, H
Slim Stampen: Paragraf B kies 1, 2, 3, 4 & invul 1, 2
Slide 3 - Slide
Wat is het mannelijk lidwoord?
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)
Slide 4 - Quiz
Wat is het vrouwelijk lidwoord?
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)
Slide 5 - Quiz
Wat is het onzijdige lidwoord?
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)
Slide 6 - Quiz
Voorkennis
Je hebt geleerd dat:
de (bepaalde) lidwoorden in het Duits der (m), die (v) en das (o) zijn (K3).
Je hebt geleerd dat je bij sommige zelfstandig naamwoorden kunt zien of het lidwoord der/die/das is (K3).
Je leert nu het onbepaald lidwoord 'ein(e)' & kein(e) kennen.
Slide 7 - Slide
onbepaald lidwoord ein(e) & kein(e)
der, die , das (de, het) = bepaalde lidwoord --> der Mann
ein(e) (een) = onbepaald lidwoord --> ein Mann
In plaats van een bepaald lidwoord (de/het) , kan je ook een onbepaald lidwoord (een) gebruiken om iets algemener te beschrijven. Het onbepaalde lidwoord in het Duits is 'ein' of 'eine'. Ook 'kein of keine' (geen) hoort bij deze groep.
Slide 8 - Slide
Regel bij het onbepaalde lidwoord ein- en het woord kein
Alleen bij vrouwelijke woorden (die) de uitgang -e.
Mannelijke en onzijdige woorden (der/das) krijgen geen - e.
Het woord kein- krijgt deze uitgang ook in het meervoud.
Kijk mee in het filmpje in Paragraf E: Grammatik bij Grammatik A
Slide 9 - Slide
Paragraf E - Grammatik
Gemeinsam: besprechen Aufgabe 19 t/m 23
Selbstständig machen: Aufgabe 19 t/m 23
Zeit: 20 Minuten
Fertig = afmaken/verbeteren weektaak
Paragraf A, B, C, D, G, H & Wiederholung 4 (80%)
Slim Stampen K5: A, B, C, D, H (80%)
Slide 10 - Slide
Het onbepaald lidwoord krijgt bij mannelijke en onzijdige woorden ...
A
een 'e' achter ein/kein
B
een 'st' achter ein/kein
C
geen 'e' achter ein/kein
D
een 'en' achter ein/kein
Slide 11 - Quiz
Er komt alleen bij ..... woorden een 'e' achter ein/kein
A
onzijdige
B
vrouwelijke en meervoud
C
mannelijke
Slide 12 - Quiz
'ein' kan nooit in combinatie met een woord dat .... is.