Nederlands H1 Taalverzorging 1

Grammatica zinsdelen

1 / 12
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo t, havoLeerjaar 2

This lesson contains 12 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Grammatica zinsdelen

Slide 1 - Slide

H1 woordenschat
Ik kan zinnen in zinsdelen verdelen.
Startopdracht
filmpje + groene blok
H1 Taalverzorging blz. 28 en 29 opdracht 1 t/m 4
Nederlands 2 t/h
Nakijken huiswerk, maken H1 Taalverzorging blz. 28 en 29 opdracht 1 t/m 4
Klaar? laten zien, nakijken, verbeteren, laten zien
Klaar? lezen in je leesboek

Doel behaald?
Vragen?

Leesboek mee!

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Lijdend voorwerp vinden:
1. Noteer onderwerp en werkwoordelijk gezegde.
2. Stel de vraag Wat (soms: Wie) + werkwoordelijk gezegde + onderwerp?
 
Het antwoord op die vraag is het lijdend voorwerp.




Let op: het lijdend voorwerp begint nooit met een voorzetsel (aan, achter, bij, in, langs, met, naast, onder, op, over, voor enzovoorts).

Slide 7 - Slide

Voorbeeld:
– Deze maand /heeft / Daniël /zakgeldverhoging /gekregen.
1. ow: Daniël – wg: heeft gekregen
2. Vraag: Wat heeft Daniël gekregen?

Antwoord: zakgeldverhoging = lv

Slide 8 - Slide

Voorbeeld:
– Bij het huwelijk van haar broer had Ellen haar telefoon uitgezet.

1. ow: ....wg: ....
2. Vraag: ....
Antwoord: ....

Slide 9 - Slide

Voorbeeld:
– Bij het huwelijk van haar broer had Ellen haar telefoon  uitgezet.
1. ow: Ellen   wg: had uitgezet
2. Vraag: Wat had Ellen uitgezet?

Antwoord: haar telefoon= lv

Slide 10 - Slide

aan de slag
Maak opdracht 1 t/m 4

Slide 11 - Slide

timer
1:00

Slide 12 - Slide