Erfelijkheid 5 (BS 3)

1 / 14
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Een mutatie kan van een spook-vorm bacterie een slak-vorm bacterie maken. Is de eigenschap slak-vorm dan dominant of recessief?
A
Recessief
B
Dominant
C
Niet te zeggen

Slide 5 - Quiz

Een laboratorium bacterie kan verschillende vormen en kleuren hebben. Blauw (B) is dominant over rood (b). Teken het kruisingsschema van twee heterozygote blauwe bacteriën.

Slide 6 - Open question

Een laboratorium bacterie kan verschillende vormen en kleuren hebben. Blauw (B) is dominant over rood (b). Wat is de kans dat twee rode bacteriën een blauwe bacterie maken?
A
0%
B
25%
C
50%
D
100%

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Afwijkende kind = recessief

Slide 9 - Slide

Recessief of dominant?

Slide 10 - Slide

Wat is dominant?
A
aandoening
B
zonder aandoening

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

A = rood
a = blauw
aa
Aa
Aa
A ?
A ?
aa
aa
Aa

Slide 13 - Drag question

Iemand die zijn tong kan oprollen heeft het dominante allel T. Toon kan zijn tong niet oprollen. Hij heeft twee zussen die dit wel kunnen.
Welke genotype kunnen de ouders van Toon hebben?

1. Maak een stamboom
2. Schrijf de genotypes erbij
3. Welke genotypes kunnen de ouders van Toon hebben?

Slide 14 - Open question