Fase 2, periode 2, les 8 BEKWAAM mix

Fase 2
mix examen schrijven
herhaling

bekwaam
1 / 53
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 53 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Fase 2
mix examen schrijven
herhaling

bekwaam

Slide 1 - Slide

In deze les
  • Hoofdletters
  • Leestekens
  • Opbouw e-mail en brief
  • Opbouw verslag en artikel
  • Structuur betoog
  • Puzzel twee teksten (verslag en zakelijke brief) in elkaar

Slide 2 - Slide

Hoofdletters
Wanneer wel en wanneer niet?

Slide 3 - Slide

WEL een hoofdletter
  • Tineke van der Meer, mevrouw Van der Meer, meneer K. de Weerd
  • Zwolle - Zwollenaar
  • Nederland - Nederlander
  • de IJssel - het IJsselmeer
  • de Tweede Wereldoorlog
  • Kerst, Pasen
  • ROC Friese Poort (maar niet bij roc of mbo los)
  • KRO, NAVO, ADHD

Slide 4 - Slide

NIET een hoofdletter
  • professor, rabbijn, dominee, burgemeester
  • winter, lente - maandag, dinsdag - januari, februari
  • de middeleeuwen, de renaissance
  • islam - islamitisch, christen - christelijk
  • kerstcadeautje, paasei
  • mbo, hbo
  • indianen, latino’s
  • soa, tbc, hiv

Slide 5 - Slide

Wat is goed geschreven?
A
Engels
B
engels

Slide 6 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
Kerst
B
kerst

Slide 7 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
de Heer D. Barendsen
B
De Heer D. Barendsen
C
de heer d. Barendsen
D
de heer D. Barendsen

Slide 8 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
Paasei
B
paasei

Slide 9 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
meneer ten Napel
B
Meneer Ten Napel
C
meneer Ten Napel
D
meneer ten napel

Slide 10 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
zaterdag
B
Zaterdag

Slide 11 - Quiz

Wat is goed geschreven?
A
mevrouw M.L. Van Eijck
B
mevrouw M.L. van Eijk
C
Mevrouw m.l. Van Eijk
D
Mevrouw M.L. van Eijk

Slide 12 - Quiz

Leestekens
de komma

Slide 13 - Slide

De komma...
Begin van een brief of e-mail:

Beste meneer Van Putten
Graag solliciteer ik naar de functie als sport- en bewegingsagoog binnen uw organisatie. 

Slide 14 - Slide

De komma...
  • in opsommingen
 Een goede thuishulp is verzorgende, verpleegkundige, psychiater en hulp in de huishouding tegelijk.

  • tussen twee persoonsvormen
 Als ik dat wist, zou ik het wel zeggen.

Slide 15 - Slide

De komma...
  • voor voegwoorden
Ik houd van sporten, maar niet van de spierpijn die ik er soms van krijg. 
De uitslag van het examen was belangrijk, want het betrof een toelatingsexamen.

Let op: is de zin korter dan 10 woorden? Dan geen komma. 


Slide 16 - Slide

Beste meneer Rave
vol enthousiasme wil ik solliciteren naar de functie als buurtsportcoach.
A
goed
B
fout

Slide 17 - Quiz

Hoewel het weer slecht was besloten ze toch om naar het strand te gaan.
A
goed
B
fout

Slide 18 - Quiz

Ik hou van wandelen in het bos, omdat het me de kans geeft om te ontspannen en de natuur te waarderen.
A
goed
B
fout

Slide 19 - Quiz

Geachte mevrouw Rorije,
Afgelopen dinsdag heb ik met u contact gehad over het volgende.
A
goed
B
fout

Slide 20 - Quiz

Ze speelde buiten terwijl de zon scheen.
A
goed
B
fout

Slide 21 - Quiz

geachte mevrouw overmars
ik schrijf u met betrekking tot de volgende kwestie

Slide 22 - Open question

e-mail en brief
het verschil
de opbouw

Slide 23 - Slide

verschil e-mail en brief
e-mail = kort, netjes maar niet formeel
brief = uitgebreid, formeel 

formeel = geachte, u, erg netjes

Slide 24 - Slide

opbouw e-mail
Aanhef
Inleiding
Kern
Kern
Slot
Groet
Naam

Slide 25 - Slide

opbouw begin brief
Geadresseerde
Dagtekening (Zwolle, 22 januari 2024)
Afzender (jij)
Betreft: ...

Slide 26 - Slide

opbouw kern brief
Aanhef
Inleiding
Kern
Kern
Slot
Groet
Naam
Bijlagen: ...

Slide 27 - Slide

adresgegevens
Geadresseerde of afzender:

mevrouw L. Wiltens
Steenstraat 45
8043 KR Zwolle


Slide 28 - Slide

groet en naam
Met vriendelijke groet, 

Bas Oosterhuis


Slide 29 - Slide

verslag en artikel
het verschil in doel en structuur

Slide 30 - Slide

doel
verslag
Lezer informeren over wat er is gebeurd, wat is waargenomen of wat is bereikt.

artikel
Verschillende doelen, zoals informeren, overtuigen, onderwijzen of amuseren.

Slide 31 - Slide

structuur
verslag
Vaak een vaste structuur: titel, inleiding, methodologie (wat voor test, hoeveel deelnemers), resultaten, discussie, conclusie (of aanbeveling)

artikel
Afhankelijk van het genre (betoog!) een wisselende structuur. 
Wel altijd: titel, inleiding, kern, afsluiting

Slide 32 - Slide

verslag en artikel
Begin altijd met een titel

Eindig altijd met:
Geschreven door: jouw voornaam en achternaam (denk aan de hoofdletters op de juiste plek)

Zorg voor alinea's d.m.v. witregels. 

Slide 33 - Slide

1. ....
2. ....
3. ....
4. ....
5. ....
6. ....
conclusie
discussie
resultaten
methodologie
slot
inleiding

Slide 34 - Drag question

Zwolle 24-01-2024
A
goed
B
fout

Slide 35 - Quiz

Schrijf de dagtekening van vandaag.

Slide 36 - Open question

Wat zet je altijd onderaan jouw verslag en artikel?

Slide 37 - Open question

betoog
structuur

Slide 38 - Slide

1. ....
2. ....
3. ....
4. ....
5. ....
6. ....
inleiding
slot
standpunt
tegenargumentatie
conclusie
argumentatie

Slide 39 - Drag question

teksten in elkaar zetten
Haal alle stukken tekst uit de enveloppe en maak er een verslag en zakelijke brief van. 

Laat de stukken tekst liggen, de volgende vragen gaan hierover. 

Slide 40 - Slide

brief
13 - 1 - 4 - 9 - 11 - 15 - 16 - 3 - 6 - 14 - 7

Slide 41 - Slide

verslag
10 - 17 - 5 - 12 - 8 - 2

Slide 42 - Slide

Welk nummer heeft de titel en inleiding van het verslag?
A
8
B
10
C
5
D
3

Slide 43 - Quiz

Welk nummer heeft de methodologie van het verslag?
A
17
B
8
C
2
D
16

Slide 44 - Quiz

Welk nummer heeft de alinea 'resultaten' in het verslag?
A
2
B
12
C
13
D
5

Slide 45 - Quiz

Welk nummer heeft het onderdeel 'discussie' van het verslag?
A
6
B
3
C
12
D
8

Slide 46 - Quiz

Welk nummer heeft de conclusie in het verslag?
A
8
B
2
C
5
D
6

Slide 47 - Quiz

Wat is de volgorde van het verslag?
A
10-17-5-12-2-8
B
10-17-5-12-8-2
C
10-17-12-5-8-2
D
Ik had wat anders

Slide 48 - Quiz

Wat is de volgorde van de eerste 3 stukken tekst bij de zakelijke brief?
A
13-1-4
B
4-1-13
C
13-4-1
D
13-4-9

Slide 49 - Quiz

Welke 3 stukken tekst komen daarna?
A
9-7-11
B
7-9-11
C
9-11-15

Slide 50 - Quiz

Welke twee stukken vormen samen de kern?
A
3-6
B
3-16
C
16-3
D
6-3

Slide 51 - Quiz

De laatste 3 stukken tekst...

Slide 52 - Mind map

Laatste tips schrijfexamen
Gebruik de informatie uit de opdracht. Neem het over: laat het terugkomen in je tekst. 

Ga niet te lang bezig met de eerste tekst. Begin gewoon met schrijven en lees daarna kritisch door. Vergeet hoofdletters en punten niet! Let op je werkwoordspelling: d, t of dt?

Slide 53 - Slide