This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
Werkwoorden AA 4 groep 8
Slide 1 - Slide
Voltooid deelwoorden
Nu nog even oefenen met voltooid deelwoorden.
Hoe weet je de laatste letter van een voltooid deelwoord? Maak langer! Bouwen = gebouwd, want bouwde Verhuizen = verhuisd, want verhuisde Opereren = geopereerd, want opereerde Maken = gemaakt, want maakte
Slide 2 - Slide
Voltooid deelwoord van gebeuren
A
gebeurt
B
gebeurd
Slide 3 - Quiz
Voltooid deelwoord van rijden
A
gereden
B
gerijd
Slide 4 - Quiz
Voltooid deelwoord van bekeuren
A
bekeurd
B
bekeurt
Slide 5 - Quiz
Voltooid deelwoord van boenen
A
geboend
B
geboent
Slide 6 - Quiz
Voltooid deelwoord van vegen
A
geveegd
B
geveegt
Slide 7 - Quiz
Door de aannemer werd naar zijn klant (grijnzen)
Slide 8 - Open question
.... jullie toen bij het nieuwe huis door de modder? (wroeten)
Slide 9 - Open question
Noord-Holland heeft deze plaats .... (betalen
Slide 10 - Open question
Hoe ... hij hem op straat? (groeten) (tegenwoordige tijd)
Slide 11 - Open question
Hij ... toen over het kapotte raam. (praten
Slide 12 - Open question
Onze buren hebben hun huis ... (vergroten)
Slide 13 - Open question
Hij ... de drukte in de stad (haten) (verleden tijd)
Slide 14 - Open question
Hij .... alles wat je zegt. (onthouden) (tegenwoordige tijd)
Slide 15 - Open question
De architect heeft van zijn ontwerp ... (genieten)
Slide 16 - Open question
Hij is met zijn helikopter op het schoolplein .... (landen)
Slide 17 - Open question
Zelfstandig werken = stil werken
Maak bladzijde 43 + 44 van je werkboek. Je mag niks overslaan. Klaar? Spellingsmol (8*) en werkwoordpaard (12*) Klaar? Weektaak Klaar? 1* grammaticaklussers (in totaal van de hele week) Klaar? TaalBlobs Klaar? Spelling oefenen/taal oefenen pakketten (4 pakketten in totaal)