thema 'De familie' les 1

Thema 'de familie'
les 1
1 / 21
next
Slide 1: Slide
NT2Voortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Thema 'de familie'
les 1

Slide 1 - Slide

woordenschatlessen op A2-niveau ter voorbereiding op het inburgeringsexamen.
de familie
Ik heb een kleine familie
de vader
Een ander woord voor papa is vader.

Slide 2 - Slide

De leerlingen schrijven de woorden in een woordenschrift en zetten eventueel de vertaling erbij. 

de moeder
Een ander woord voor mama is moeder.
de ouders
Ik houd van mijn ouders.

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

de oma/ de opa
Mijn oma en opa zijn 50 jaar getrouwd.
het kind
Het kind speelt buiten.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

het kleinkind
Het kleinkind leest  een boek met opa
de tante/ de oom
De broer van mijn vader is mijn oom.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

de dochter/ de zoon
Mijn dochter is 5 jaar.
de zus/ de broer
Zij zijn broer en zus.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

de nicht / de neef
De dochter van mijn oom is mijn nicht.
de baby
De baby lacht.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Het gezin
Dit gezin is groot.
.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

betekenissen

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

betekenissen

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Wat is dit?

Slide 11 - Open question

This item has no instructions

Wat is dit?

Slide 12 - Open question

This item has no instructions

Wat is dit?

Slide 13 - Open question

This item has no instructions

Wat is dit?

Slide 14 - Open question

This item has no instructions

Welk woord hoort niet in het rijtje?

A
de moeder
B
de tante
C
de dochter
D
de neef

Slide 15 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord hoort niet in het rijtje?

A
de neef
B
de oom
C
de baby
D
de vader

Slide 16 - Quiz

This item has no instructions

Welk woord hoort niet in het rijtje?

A
het gezin
B
de opa
C
de ouders
D
de familie

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Maak een woord van deze letters.
o-ch-e-r-d-t

Slide 18 - Open question

This item has no instructions

Maak een woord met deze letters.
m-i-a-f-ie-l

Slide 19 - Open question

This item has no instructions

Werkvorm 1 - in duo's
Je krijgt van de docent een stapel kaartjes met plaatjes.
Je draait om de beurt een kaartje om en vertelt wat er op het kaartje staat. Je geeft ook de betekenis van het woord en een voorbeeldzin.

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Werkvorm 2 - mix en ruil
Iedereen krijgt van de docent een kaartje met een plaatje. 
Als de docent zegt: 'start!' loopt iedereen door de klas.
Als de docent zegt; 'stop!' dan sta je stil en bespreekt met de persoon die bij jou in de buurt staat wat op je kaartje staat. Je geeft ook de betekenis van het woord en een voorbeeldzin.
Ben je klaar? Ruil de kaartjes en wacht totdat de docent weer zegt: 'start!'

Slide 21 - Slide

This item has no instructions