What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Quiz Tijdvak 8
Quiz Tijdvak 8
1 / 23
next
Slide 1:
Slide
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
This lesson contains
23 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Lesson duration is:
52 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
Quiz Tijdvak 8
Slide 1 - Slide
De industriele revolutie begon in Engeland omdat
A
Daar de meeste fabrieken waren
B
zij beschikten over grondstoffen
C
De Engelsen fabrieken stichtten in kolonien
D
er te weinig mensen op het platteland leefden
Slide 2 - Quiz
Wat was niet een oorzaak van de industriële revolutie?
A
Huisnijverheid: boeren wilden meer machines
B
Grondstoffen: grote hoeveelheden steenkool en ijzererts, en katoen uit de kolonies.
C
Verbeteringen in de landbouw leidden tot een voedsoverschot
D
Bevolkingsgroei: sterftecijfer daalde doordat er meer voedsel beschikbaar was
Slide 3 - Quiz
In welke beroepen begon de Industriele revolutie?
A
Handel en Nijverheid
B
Handel en Landbouw
C
Landbouw en textiel
D
Textiel en handel
Slide 4 - Quiz
Welk begrip past het beste bij deze afbeelding?
A
industrialisatie
B
sociale kwestie
C
confessionalisme
D
socialisme
Slide 5 - Quiz
Wat hoort niet bij de sociale kwestie?
A
Lage lonen
B
Lange werktijden
C
Slechte wegen
D
Onveilige fabrieken
Slide 6 - Quiz
Welk woord past hier het minste goed bij?
A
sociale kwestie
B
te snelle urbanisatie
C
opkomst emancipatiebewegingen
D
economisch liberalisme
Slide 7 - Quiz
Wat is géén sociale wet gekomen door de sociale kwestie?
A
Kinderwetje van Van Houten
B
Ongevallenwet
C
Woningwet
D
Vrijheid van vergaderingwet
Slide 8 - Quiz
Bij welke stroming hoort deze poster?
A
Socialisme
B
Confessionalisme
C
Liberalisme
D
Geen van alle
Slide 9 - Quiz
wat is een vakbond?
A
een groep arbeiders die durven te demonstreren tegen fabriek directeuren
B
een vereniging die opkomt voor de belangen van arbeiders
C
een kunststroming die arbeiders schildert
D
een organisatie die opkomt voor de belangen van de boeren aan het begin van de 19e eeuw
Slide 10 - Quiz
Het communisme wil...
A
Een sterke leider, aan wie iedereen gehoorzaam is.
B
Gelijke verdeling van bezit en macht.
C
Democratie
D
De mogelijkheid om winst te maken en rijk te worden
Slide 11 - Quiz
Welk begrip wordt bedoeld?
A
antisemitisme
B
nationalisme
C
militarisme
D
modern imperialisme
Slide 12 - Quiz
Welk begrip wordt bedoeld?
A
antisemitisme
B
nationalisme
C
militarisme
D
modern imperialisme
Slide 13 - Quiz
Tot welke stromingen behoren deze affiches?
A
liberalisme - confessionalisme
B
confessionalisme - socialisme
C
nationalisme - conservatisme
D
liberalisme - socialisme
Slide 14 - Quiz
Welk woord past hier het minste goed bij?
A
confessionalisme
B
Verlichting
C
liberalisme
D
grondwet
Slide 15 - Quiz
Deze afbeelding is een voorbeeld van:
A
Nationalisme
B
Militarisme
C
Modern Imperialisme
D
Bondgenootschappen
Slide 16 - Quiz
Wat hoort er NIET bij het liberalisme?
Wat hoort er NIET bij het liberalisme?
A
Liberalen zijn voorstander van economische vrijheid en eigen verantwoordelijkheid.
B
Liberalen willen een belangrijke rol voor de overheid in de economie om te zorgen voor meer gelijkheid.
C
Individuele vrijheid is belangrijk, mensen mogen dus zelf weten welke cultuur zij naleven.
D
Linkse liberalen willen meer invloed voor burger maar rechtse liberalen niet.
Slide 17 - Quiz
Wat betekent het begrip 'Feminisme'
A
Het streven naar ongelijke rechten voor vrouwen en mannen
B
Het streven naar gelijke rechten alleen vrouwen
C
Het streven naar gelijke rechten voor vrouwen en mannen
D
Het streven naar gelijke rechten voor mannen
Slide 18 - Quiz
Is de tekenaar een voor- of tegenstander van het feminisme?
A
Voorstander
B
Tegenstander
Slide 19 - Quiz
Welk begrip wordt bedoeld?
A
invloedssferen
B
modern imperialisme
C
Geallieerden
D
bondgenootschappen
Slide 20 - Quiz
Wat is de chronologische volgorde?
A
huisnijverheid, stoommachine, industrie, watermolens.
B
watermolens, huisnijverheid, industrie, stoommachine
C
watermolens, huisnijverheid, stoommachine, industrie
D
huisnijverheid, watermolens, stoommachine, industrie
Slide 21 - Quiz
Open vraag 1
Noem 3 emancipatiebewegingen die ontstonden in de 19e eeuw en leg per beweging uit waar ze naar streefden.
Slide 22 - Slide
Open vraag 2
Kun je het nationalisme een emancipatiebeweging noemen?
Leg je antwoord uit.
Slide 23 - Slide
More lessons like this
Quiz Tijdvak 8
September 2023
- Lesson with
16 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
4H - Quiz tijdvak 8
June 2022
- Lesson with
21 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Oefenen met hst 2 par 1 en 2
November 2023
- Lesson with
20 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
Quiz tijdvak 8
February 2023
- Lesson with
32 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
4H - Quiz tijdvak 8
February 2023
- Lesson with
16 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
8.1 Overzicht tijdvak 8
May 2021
- Lesson with
32 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4,5
Formatieve Tijdvak 8
October 2023
- Lesson with
15 slides
Geschiedenis
Middelbare school
vmbo, mavo, havo, vwo
Leerjaar 3-6
4H - Quiz tijdvak 8
June 2022
- Lesson with
13 slides
Geschiedenis
Middelbare school
havo
Leerjaar 4