3Ha - woordenschat les 5

Welkom 3Ha
Pak je leesboek.
1 / 28
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom 3Ha
Pak je leesboek.

Slide 1 - Slide

Vandaag
  • Lezen
  • Verder met H2 Woordenschat

Slide 2 - Slide

H2 Woordenschat
Hyperbool, understatement, eufenisme

Slide 3 - Slide

Bespreken huiswerk
Eerst: controle met het rad


Slide 4 - Slide

Opdracht 2
1 honderd keer – hyperbool
2 Hij kwam, hij zag, hij overwon – drieslag
3 een volslank figuur – eufemisme
4 geen leren laarzen, geen boots, geen sneakers, maar een paar pantoffels – omgekeerde climax
5 Te weinig om te leven, maar te veel om te sterven – tegenstelling
6 We moeten er nog wel wat aan doen – understatement
7 goed, beter, uitmuntend – climax
8 een zee van – hyperbool

Slide 5 - Slide

Pak je laptop
En doe mee met LessonUp

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Ik heb dag en nacht op je gewacht!
Hij zou hemel en aarde bewegen voor me!
Klaas en Pietje hebben zich kapot gelachen.

Iets heel erg overdrijven, zodat het duidelijk wordt wat je wilt benoemen.

hyperbool (net als het wiskundige figuur)
Hyperbool

Slide 8 - Slide

Hij gaat heel creatief met de waarheid om.
Het plussize model heeft een volslank figuur.
Ik moet even naar het kleinste kamertje.
Het konijn heeft een aanvaring met een vrachtwagen gehad. 

Iets 'zachter' zeggen, zodat de boodschap minder hard overkomt. 

Eufemisme
Eufemisme

Slide 9 - Slide

Lieke martens kan wel een aardig balletje trappen
We hebben een klein optrekje gekocht (als het een kast van een huis is).

Iets juist heel erg afzwakken (minder belangrijk maken) dan het is, om het juist te benadrukken.

Understatement
Understatement

Slide 10 - Slide

Wat is het verschil tussen een eufemisme en understatement?

*Bij een understatement zwak je de boodschap af, en dit werkt versterkend: Mijn wortelkanaalbehandeling was een beetje vervelend.
*Bij een eufemisme wil je de boodschap minder pijnlijk maken, de inhoud verandert niet, alleen de stijl: Onze hond is heengegaan. 

Slide 11 - Slide


Iets spuugzat zijn
A
hyperbool
B
eufemisme

Slide 12 - Quiz

onaangenaam verrast
A
eufemisme
B
hyperbool

Slide 13 - Quiz

Tijdens de excursie moest de bus stoppen, omdat Bart een sanitaire stop moest maken.
A
Hyperbool
B
Understatement
C
Opsomming
D
Eufemisme

Slide 14 - Quiz

Dit is allemaal zo saai. Ik verveel me dood.
A
Hyperbool
B
Understatement
C
Herhaling
D
Eufemisme

Slide 15 - Quiz

Hij dealt al jaren in drugs en heeft daar wel wat centjes mee verdiend.
A
Hyperbool
B
Understatement
C
Eufemisme
D
Tegenstelling

Slide 16 - Quiz

Zij is honderd euro verloren op straat. Dat is niet zo slim van haar.
A
Hyperbool
B
Understatement
C
Opsomming
D
Eufemisme

Slide 17 - Quiz

Welke stijlfiguren kennen we nu?
- Tegenstelling
- Herhaling 
- Opsomming
- Understatement 
- Eufemisme
- Tegenstelling 

Slide 18 - Slide

Een woord, zinsdeel of hele zin wordt een paar keer herhaald.
Hele sterke overdrijving.
Leven en dood worden bijv. gecombineerd, zodat ze meer opvallen.
Woorden worden opgesomd.
Ernstige of grote zaken worden als minder ernstig of minder groot voorgesteld.
Een verzachtende of verbloemende uitdrukking die gebruikt wordt in plaats van iets wat ruw of kwetsend gevoeld kan worden.
Opsomming

Herhaling
Hyperbool
Understatement
Eufemisme
Tegenstelling

Slide 19 - Drag question

Altijd november, altijd regen.
Altijd dit lege hart, altijd.

J.C. Bloem - November
A
opsomming
B
eufemisme
C
hyperbool
D
herhaling

Slide 20 - Quiz

Wat ben jij een miezerig, vervelend, irritant, misselijk ventje.


A
understatement
B
tegenstelling
C
opsomming
D
eufemisme

Slide 21 - Quiz


Ik heb voor goed geld slechte spullen gekocht.

A
opsomming
B
tegenstelling
C
hyperbool
D
understatement

Slide 22 - Quiz


De directeur heeft een leuk salarisje.

A
herhaling
B
eufemisme
C
understatement
D
opsomming

Slide 23 - Quiz


Deze wijk heeft te maken met probleemjongeren.
A
understatement
B
hyperbool
C
opsomming
D
eufemisme

Slide 24 - Quiz


De regen viel met bakken uit de lucht.
A
understatement
B
hyperbool
C
eufemisme
D
herhaling

Slide 25 - Quiz


Geld, ja, geld is het enige wat hem bezig houdt.
A
herhaling
B
tegenstelling
C
eufemisme
D
hyperbool

Slide 26 - Quiz

We kopen wijn, kaas en brood.
A
herhaling
B
opsomming
C
tegenstelling
D
hyperbool

Slide 27 - Quiz

Aan de slag
Maak opdracht 4 van Woordenschat H2

Slide 28 - Slide