Hoofdstuk 4 4.1 Franken en leenstelsel 4.2 Hofstelsel standenmaatschappij

• Geschiedenis
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Par. 4.1 en 4.2 Karel de grote en de Franken

"Het leenstelsel, Hofstelsel en Standenmaatschappij"

opdrachten par. 4.1  "het rijk van de Franken."

1. Lees dia 17 tot en met dia 20.

2. Bekijk het filmpje op Dia 20

3. Maak   van  par. 4.1.  een schema of tekening van: Het leenstelsel en de Standenmaatschappij.

Deze tekeningen maak je op het vel dat je hebt gekregen. In deze tekening verwerk je de begrippen;

  a. Leenstelsel; leenheer, Koning Karel de Grote, leenmannen,  vazal , Horigen, leen (gebied); 

  b. Standenmaatschappij; Adel, Geestelijkheid en Boeren. 

Bronnen voor deze opdracht Dia 17 tot en met 20 en filmpjes Dia 13, Dia 15. 

                                                   Learnbeat par. 4.1 

PAr. 4.2 "Een agrarische samenleving"

1. Lees de aantekeningen op Dia 20 en 21

2. Bekijk het filmpje over het Hofstelsel op 21.

3. Leg uit wat het Hofstelsel betekent? Doe dit door een tekening te maken van een Domein, waarin je door middel van tekening en tekst "het Hofstelsel" uitlegt. 

-Gebruik  de begrippen: Heer, Horigen, Domein, Herendiensten, drieslagstelsel , Kasteel en autarkisch 

Zet ze in de tekening en leg deze ook uit met tekst.

 

Bronnen voor deze opdracht Dia 20 en 21 + filmpje hofstelsel op Dia 21. 

                                                      Learnbeat par. 4.2 

Info over Hofstelsel zie

film op dia 

Info over Hofstelsel zie

film op dia 

Bekijk het Filmpje over het Hofstelsel

Bekijk het Filmpje over het leenstelsel         = Feodalisme

op Dia 8 

en Dia 10

Bekijk het filmpje over de standen-maat-

schappij

Bekijk het filmpje over Karel de Grote en de Franken

01:10

Wat is de beste omschrijving van het leenstelsel, kies het meest juiste antwoord

1. Het leenstelsel is een manier om een groot gebied te besturen. De de Koning leent geld aan de leenman, zodat deze grond kan kopen van de koning
2. Het leenstelsel is een overeenkomst tussen koning (Karel de Grote) en ridders, vazallen en horigen, om zo steeds meer grond te kunnen veroveren en besturen.
3. Het leenstelsel is een manier om een groot rijk te besturen. De koning (leenheer) leent grond uit aan de Leenman in ruil voor trouw.
4. Het leenstelsel is een manier om nog meer grond te veroveren. De ridders veroveren grond en lenen dit uit aan de koning. (Karel de Grote).

01:42

Wat zijn grote nadelen van het leenstelsel kies de juiste antwoord(en) volgens jou

1. leenmannen zijn ongeschikt en onbetrouwbaar en beschouwen het leen van de koning als hun eigendom
2. de koning zat veel te ver af van zijn uitgeleende gebieden om goed bestuur van de leenman te controleren
3. de leenmannen en koning dachten allen aan hun eigen plezier en oorlog voeren..
4. De achterleenmannen waren trouw aan hun leenman en niet aan de koning, De leenmannen zagen het leen als eigendom.