H3 lezen opdr. 1

Welkom bij Nederlands!





Check:
  • Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
  • Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?






Op tafel ligt: 
  • Lesboek
  • Schrift
  • 1-blikagenda
  • Pen
  • Laptop: meld je alvast aan bij de LessonUp











1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom bij Nederlands!





Check:
  • Staat je telefoon uit en zit hij in de telefoonbak?
  • Liggen alle spullen die je nodig hebt op tafel?






Op tafel ligt: 
  • Lesboek
  • Schrift
  • 1-blikagenda
  • Pen
  • Laptop: meld je alvast aan bij de LessonUp











Slide 1 - Slide

  • Punten, uitroeptekens, vraagtekens, komma's en hoofdletters






Vorige les

Slide 2 - Slide

  • Ik lag op haar, schoot en miste mijn hond.
  • Katy Perry wordt blij van haar hond koken en haar familie.  
  • De acteur had niets aan, wat bijzonder was.
Komma's: wat is hier niet goed gegaan?

Slide 3 - Slide






H2 Taalverzorging (spelling)




H3 Lezen


















Na de lessen deze week..

  • kun je punten, uitroepteken, vraagtekens, komma’s en hoofdletters gebruiken.
  • kun je de moeilijke woorden uit deze paragraaf goed spellen. 

  • kun je opsommingen en tegenstellingen herkennen aan de hand van signaalwoorden.
Doel

Slide 4 - Slide

Maandag 6 december:
  • H2, taalverzorging, spelling: opdr. 1 t/m 4 en 6 (blz. 58 en 59)
  • H3, lezen: opdr. 1

Verdelen over de week:
  • Maandag 29 nov.: H2 taalverzorging opdr. 1 t/m 4 (blz. 58 en 59) + leren S.O.

  • Dinsdag 30 nov.: H2 taalverzorging opdr. 6 (blz. 59) + leren S.O.

  • Woensdag 1 dec.: S.O. woordenschat + H3 lezen opdr. 1 (na de les)













Huiswerk

Slide 5 - Slide

Woensdag 1 december: 
  • S.O. woordenschat H1 en H2 (1x)


Toets

Slide 6 - Slide

Je kunt samenhang in teksten herkennen aan de hand van signaalwoorden.
Doel

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Zet de zinnen in de juiste volgorde. 
1.
2.
3
4
Rol ze ten slotte weer uit elkaar en kijk: nu ligt het biljet van 5 euro bovenaan, en dat van 10 onderaan. 
Daarna rol je de twee biljetten samen op. Maar let op!
Eerst leg je de twee bankbiljetten op elkaar. Het biljet van 5 ligt onderaan, en dat van 10 bovenaan. 
Rol de bankbiljetten zo op, dat je het biljet van 5 euro nog een extra keert kunt ronddraaien. 

Slide 9 - Drag question

Eerst leg je de twee bankbiljetten op elkaar. Het biljet van 5 ligt onderaan, en dat van 10 bovenaan. 

Rol de bankbiljetten zo op, dat je het biljet van 5 euro nog een extra keert kunt ronddraaien.
 
Daarna rol je de twee biljetten samen op. Maar let op!

Rol ze ten slotte weer uit elkaar en kijk: nu ligt het biljet van 5 euro bovenaan, en dat van 10 onderaan. 

Hoe weet je dat? 

Slide 10 - Slide

  • Zinnen en alinea's staan vaak in een bepaalde volgorde en hebben iets met elkaar te maken (=verband, relatie). Schrijvers gebruiken signaalwoorden. 

  • Signaalwoorden zeggen eigenlijk: let op! Hier komt een opsomming, tegenstelling, reden of voorbeeld. 

  • maar, toch, echter, ook, ten eerste, ten tweede, bovendien, eerst, allereerst, toen
Signaalwoorden

Slide 11 - Slide

Waarom gebruiken schrijvers signaalwoorden?

Slide 12 - Open question

Wel een signaalwoord
Geen signaalwoord
maar
toch
bovendien
zoals
en
ook
vervolgens
eerst
sla
Hans Klok

Slide 13 - Drag question

Eerst leg je de twee bankbiljetten op elkaar. Het biljet van 5 ligt onderaan, en dat van 10 bovenaan. 

Rol de bankbiljetten zo op, dat je het biljet van 5 euro nog een extra keert kunt ronddraaien.
 
Daarna rol je de twee biljetten samen op. Maar let op!

Rol ze ten slotte weer uit elkaar en kijk: nu ligt het biljet van 5 euro bovenaan, en dat van 10 onderaan. 

Signaalwoorden

Slide 14 - Slide

Je kunt samenhang in teksten herkennen aan de hand van signaalwoorden.
Doel

Slide 15 - Slide



Wat?
  • H3, lezen: opdr. 1

Hoe?
  • Boek + schrift

Klaar? 
  • H2, taalverzorging: opdr. 1 t/m 4 en 6 (blz. 58/59)
  • Leren S.O. woordenschat H1 en H2 (theorie/Quizlet)
  • Nakijken




Heb je hulp nodig?
Kijk eerst naar het stoplicht.
 


Rood? Stil. 
Stel je vraag aan de docent (alleen als je echt niet verder kunt).
Geel? Fluisterniveau. 
Vraag diegene naast je.
Groen? Fluisterniveau. 
Vraag je buurman of buurvrouw of de docent.

Aan het werk
timer
1:00

Slide 16 - Slide




Na deze les...

  • kun je samenhang in teksten herkennen aan de hand van signaalwoorden.

Doel

Slide 17 - Slide

Volgende les
Woensdag 1 december:
  • S.O. woordenschat H1 en H2 (1x)

Maandag 6 december: 
  • H2, taalverzorging, spelling: opdr. 1 t/m 4 en 6 (blz. 58 en 59)
  • H3, lezen: opdr. 1

Woensdag 8 december: 
  • G.P. H2 (lezen, woordenschat en taalverzorging) (2x)






Slide 18 - Slide