elasticiteit en surplus - herhalen

• Economie
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Vandaag

herhalen elasticiteit

herhalen surplus

Wat is de formule om prijselasticiteit uit te rekenen ook al weer?

1. bereken de procentuele verandering van Q uit. --> nieuw - oud / oud x 100%
   Dat wordt: 2700 -3000 / 3000 x 100% = -10% 
2. bereken de procentuele verandering van de P --> 2.50 - 2.00 / 2.00 x 100% = +25%
3. vul de formule in: -10 / +25 = -0,4

uitwerkingen 

• De elasticiteit is in werkelijkheid dus -0.6
• Je kan ook de prijsverandering uitrekenen: de prijs gaat van 2.20 naar 2.31. Met hoeveel procent is de prijs gestegen? 
• nieuw - oud / oud x 100% --> 2.31 - 2.20 / 2.20 x 100% = +5%
• formule invullen: EV = % verschil q / % verschil p
• -0.6 = ? / +5%
• 3= 6 / 2 
• dus ? = -3
• De vraag daalt dus met -3%

Elasticiteit en omzet

De waarde van de elasticiteit zegt iets over of de omzet zal toe- of afnemen bij een prijsstijging of –daling.

elastische vraag: de consument reageert heel erg. verlaag jij de prijs: dan krijg je meer omzet. Verhoog je de prijs, dan krijg je minder omzet. 

bij een inelastische vraag is het juist andersom. 

Dus, een elasticiteit van -3 betekent:

1. elastisch, de consument reageert
2. inelastisch, de consument reageert
3. elastisch, de consument reageert niet
4. inelastisch, de consument reageert niet

wat weet jij nog van het surplus? 

Wanneer ontstaat er een consumenten surplus?

Als de consumentenprijs stijgt, neemt het consumentensurplus .....

1. toe
2. af

Wat is in de afbeelding gearceerd?

1. Consumentensurplus
2. Producentensurplus

De prijzen in de grafiek staan in Euro's.

Hoeveel is het totale consumentensurplus in Euro's?

1. 6.000
2. 2.000
3. 12.000
4. 4.000

Formule voor elasticiteit (EV) =

% verandering van de gevraagde hoeveelheid van een product

% verandering van de prijs van een ander product

De waarde van een prijselasticiteit (Ev) is -0,2. Deze elasticiteit is

1. inelastisch
2. elastisch

De elasticiteit is -3. De gevraagde hoeveelheid is met 15% gestegen. Met hoeveel is de prijs gedaald?

1. 3%
2. 5%
3. 15%
4. 45%