Betrekkelijk voornaamwoord
- Heeft betrekking op een eerder genoemd woord, of eerder genoemde woordgroep of zin.
- Dat eerder genoemde woord of die eergenoemde woordgroep of zin noemen we een antecedent.
- Betrekkelijke voornaamwoorden: die en dat (en ook wie/wat)
Het schilderij dat je hebt opgehangen hangt scheef.
De poster achter in het lokaal, die mijn collega heeft opgehangen, is verdwenen.