Retail-

Welkom
WELKOM!!
1 / 10
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 2

This lesson contains 10 slides, with text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Welkom
WELKOM!!

Slide 1 - Slide

Wat doen we vandaag?
  • Licentie taalblokken/Engels
  • 0-meting spelling en grammatica
  • Onregelmatige werkwoorden
  • 1.11 lange klanken/korte klanken/Schrijf ik een v of z?
  • Journaal met opdrachten

Slide 2 - Slide

o-meting

Slide 3 - Slide

Onregelmatige werkwoorden
  • Uitdelen mapjes en het overzicht van de onregelmatige werkwoorden
  • De sprong Blz. 12
  • De sprong verleden tijd Blz. 13

Slide 4 - Slide

Grammatica en spelling 
Uitdelen blz. 26 en 27 van A tot Zin

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Opdrachten bij het jeugdjournaal (inleveren)
  1. Geef dit journaal zelf een titel
  2. Wat is de visie van de directrice?
  3. Wat voor tekening hadden de kinderen gemaakt?
  4. Wat doet groep 8?
  5. Waar zijn de vaders van de Oekraïense kinderen? 
  6. Maak een samenvatting van dit journaal met een inleiding, een kern en een slot.

Slide 7 - Slide

De sprong voltooid deelwoord en verleden tijd
Schrijf eerst de ik-vorm op. Vul daarna de verleden tijd in.
1. (voelen) Ik voel   De kinderen voelden zich gisteren ziek.
2. (fietsen) Ik.............. Ahmet.............in zijn land nooit.
3. (bellen) Ik............... Wie ................mij vannacht?
4. (dansen) Ik ............. Toen ik student was,..............ik veel.
5. (repareren) Ik..................Vroeger .................. Tim de auto van zijn oom.
6.  (bakken) Ik................Emine...................in haar land vaak taarten.
7. (verhuizen) Ik......................In 2010.........................Karlijn naar Engeland.
8. (leven) Ik.........................Vroeger.........................mensen minder lang.
9. (trouwen) Ik ..................... Mijn ouders......................in 1980.
10 (missen) Ik...........................Maaike.........................haar man toen hij nog weg was.

Slide 8 - Slide

Verleden tijd: Zet de zinnen in de verleden tijd
1. We......................(gebruiken) die grote tas om boodschappen te.......................(doen).
2. De klant .............(willen) mij iets...................vragen).
3. Wie......................(horen) de buren......................(lachen).
4. Bas.....................(voelen) de boot.....................(bewegen).
5. Tim...................(beloven) mij snel terug te .................(bellen).
6. We....................(hoeven) niet veel te.......................(betalen).
7. Naima.........................(sporten) om gezond te ......................(blijven).
8. Vroeger........................(durven) ik niet alleen naar school te ..........................(gaan).

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide