H3Week01-Recensie

Recensie?
1 / 16
next
Slide 1: Mind map
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Recensie?

Slide 1 - Mind map

Vorige les
Hoofdpersonen, bijfiguren, helpers en tegenstanders 
Beschrijving personage (uiterlijk, kenmerken en karaktereigenschappen)
Direct en indirecte manier om de personages te leren kennen

Slide 2 - Slide

Doelen
  1. Ik weet wat de opbouw is van een recensie. 
  2. Ik weet wat ik moet doen voor boekopdracht 2.
  3. Ik weet weer wat nevenschikkende en onderschikkende zinnen zijn.  

Slide 3 - Slide

Recensie
- Een tekst met een beoordeling over een boek, film, toneelstuk etc.
- Doel: de lezer helpen om te besluiten of hij iets wil kijken of lezen.
- Subjectief
- Duidelijke mening met onderbouwing (argumenten)

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Link

Doelen
  1. Ik weet wat de opbouw is van een recensie. 
  2. Ik weet wat ik moet doen voor boekopdracht 2.
  3. Ik weet weer wat nevenschikkende en onderschikkende zinnen zijn.  

Slide 6 - Slide

Grammatica

Slide 7 - Slide

Samengestelde zin

Slide 8 - Mind map

Nevenschikkende en onderschikkende (bij)zinnen
Samengestelde zinnen bestaan uit verschillende zinnen die aan elkaar geplakt zijn.
Dit kunnen een hoofdzin en een bijzin zijn (of een bijzin en een hoofdzin), maar ook twee hoofdzinnen.
Als je twee hoofdzinnen naast elkaar hebt, noem je dat nevenschikkende zinnen.
Als je een hoofdzin en een bijzin verbindt, is de bijzin een onderschikkende bijzin.

Slide 9 - Slide

Nevenschikkende voegwoorden
Nevenschikkende voegwoorden
Om de nevenschikkende voegwoorden te onthouden, kun je denken aan WANDMODE

W ant
A lsmede
N och
D och
M aar
O f
D us
E n

Slide 10 - Slide

Wat is geen nevenschikkend voegwoord?
A
En
B
Maar
C
Of
D
Terwijl

Slide 11 - Quiz

Onderschikkende voegwoorden
wanneer, als, terwijl, zodra, voordat, voor, nu, toen, nadat, zolang als, totdat, sinds, doordat, zodat, waardoor, omdat, opdat, indien, mits, tenzij, hoewel, ofschoon, ondanks dat, zoals, alsof, dat, of…

Slide 12 - Slide

Een nevenschikkend voegwoord...
A
is een voegwoord dat twee gelijke delen aan elkaar voegt.
B
is een voegwoord dat twee ongelijke delen aan elkaar voegt.

Slide 13 - Quiz

Maak zelf een zin met het onderschikkend voegwoord als.

Slide 14 - Open question

Huiswerk 
Maken (online):
Fictie (H3) 
Opdracht 4.1 + 4.2
Grammatica (H3)
Opdracht 1 + 2

Slide 15 - Slide

Boekopdracht

Slide 16 - Slide