PRÉSENT voor regelmatige werkwoorden maak je zo:
1. Stam maken
bv: donner-ER = donn | attendre-RE = attend | choisir-IR = chois
2. Uitgangen erachter zetten
ww op - er + e, es, e, ons, ez, ent
ww op -re + s, s, -, ons, ez, ent
ww op -ir + is, is, it, issons, issez, issent
bv: ik geef, wij wachten, zij kiezen >
je donne, nous attendons, elles choisissent