Genetisch materiaal in de celkern

1 / 50
next
Slide 1: Slide
NatuurwetenschappenSecundair onderwijs

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 120 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Geef een ander woord voor bouwsteen van DNA

Slide 3 - Open question

Uit welke onderdelen bestaat een DNA nucleotide?
A
fosfaatgroep en stikstof base
B
fosfaatgroep, stikstofbase en suikermolecuul
C
OH-groep en fosfaatgroep
D
adenine, guanine, cytosine en thymidine

Slide 4 - Quiz

Slide 5 - Slide

DNA bevat 4 basen: adenine, guanine, cytosine en
A
Uracil
B
Thymine
C
Ribose
D
Fosfaat

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Wat is de functie van DNA?
A
Het maken van eiwitten
B
Het coderen voor eiwitten
C
Het coderen van t-RNA
D
Het maken van RNA

Slide 12 - Quiz

Als 20% van het DNA molecuul thymine bevat, wat is het percentage Adenine?
A
50%
B
25%
C
20%
D
10%

Slide 13 - Quiz


Stikstofbasen in DNA
Bij een DNA-molecuul bestaat 15% van de basen uit guanine. Wat is dan het gehalte van de andere drie basen?

A
15% adenine, 35% cytosine en 35% thymine
B
30% adenine, 20% cytosine en 35% thymine
C
30% adenine, 35% cytosine en 20% thymine
D
35% adenine, 15% cytosine en 35% thymine

Slide 14 - Quiz

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Link

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

replicatie is de vorming van
A
DNA
B
RNA
C
eiwitten

Slide 28 - Quiz

DNA-replicatie is
A
Conservatief
B
Semi-conservatief
C
Niet-conversatief

Slide 29 - Quiz

voor DNA-replicatie is/zijn benodigd
A
DNA
B
DNA polymerase
C
vrije nucleotiden
D
alle drie

Slide 30 - Quiz


Tijdens replicatie wordt DNA ook enkelstrengig gemaakt. Met behulp van welk enzym wordt DNA ontrold?
A
Ligase
B
exonucelase
C
Helicase
D
Polymerase

Slide 31 - Quiz

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Het geslacht van mensen wordt bepaald door de geslachtschromosomen.
Die noemen we X en Y.

Bij welke combinatie ontstaat een jongen?
A
XX
B
XY
C
YY

Slide 34 - Quiz

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide

Slide 43 - Slide

Slide 44 - Slide

Slide 45 - Slide

Slide 46 - Slide

Slide 47 - Slide

Slide 48 - Slide

Slide 49 - Slide

Slide 50 - Slide