What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
Bijwoordelijke bepaling 2TL
10 min lezen
1 / 13
next
Slide 1:
Slide
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
This lesson contains
13 slides
, with
interactive quizzes
and
text slides
.
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
10 min lezen
Slide 1 - Slide
Bijwoordelijke bepaling
ZD §8
Blz. 212 en 213
Slide 2 - Slide
Planning voor vandaag
Korte herhaling zinsdelen
Uitleg Bijwoordelijke bepaling
Zelfstandig werken
Slide 3 - Slide
Zijn de zinnen enkelvoudig of samengesteld?
Enkelvoudige zin
Samengestelde zin
Omdat het morgen gaat regenen, is de sportdag uitgesteld.
Tijdens de sportdag moeten we nu rekenen
Miranda maakt de hapjes.
We lopen door de regen met onze paraplu.
Marcus fluit een liedje terwijl hij naar school fietst.
Ruby speelt graag gitaar, maar Eli speelt liever piano.
Slide 4 - Drag question
Wat is het lijdend voorwerp (lv) in de volgende zin:
Jullie hebben tablets op school.
A
Jullie
B
hebben
C
tablets
D
op school
Slide 5 - Quiz
Wat is het meewerkend voorwerp (mv) in de volgende zin:
Heb jij Lieselot een belofte gedaan?
A
Jij
B
Lieselot
C
Heb gedaan
D
Een belofte
Slide 6 - Quiz
Bijwoordelijke bepaling
Afkorting = bwb
Geeft antwoord op de meeste W-vragen: waar, wanneer, waarheen, van wie, waardoor, waarin? En op de hoe-vraag.
Woorden zoals
niet, misschien
en
natuurlijk
zijn ook bijwoordelijke bepalingen.
Slide 7 - Slide
Hoe vind ik de bijwoordelijke bepalingen?
Eigenlijk heel makkelijk!
Zoek alle zinsdelen die je kent: persoonsvorm, onderwerp, werkwoordelijk gezegde, lijdend voorwerp en meewerkend voorwerp.
Nog zinsdelen over? Dat zijn waarschijnlijk de bijwoordelijke bepalingen! En let op: er kunnen meerdere bwb in één zin staan!
Slide 8 - Slide
Voorbeelden
- Jullie hadden
gisteren
een toets.
- Wij maken grammatica
op onze laptop
.
- Hij maakte een pasta
volgens het recept
.
-
In de avond
ga ik graag sporten.
- Dat boek is
van mijn klasgenootje
.
- De peuter pakte
snel
een snoepje.
Slide 9 - Slide
Wat is het bwb in de volgende zin:
Het corso vindt plaats in augustus.
A
Het corso
B
vindt
C
plaats
D
in augustus
Slide 10 - Quiz
Wat is de bwb in de volgende zin:
In verband met de drukte zet de NS een extra trein in.
A
In verband met de drukte
B
zet in
C
de NS
D
een extra trein
Slide 11 - Quiz
Wat is de bwb in de volgende zin:
Het gaat misschien regenen...
A
Het
B
gaat
C
misschien
D
regenen
Slide 12 - Quiz
Aan de slag
Maak in de online methode:
§8 ZD Bijwoordelijke bepaling
Opdracht 1, 4 en 5
Slide 13 - Slide
More lessons like this
Bijwoordelijke bepaling 1hv
October 2023
- Lesson with
15 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
Herhaling zinsdelen
October 2023
- Lesson with
18 slides
Nederlands
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2
De bijwoordelijke bepaling
February 2024
- Lesson with
20 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
5BIOW Herhaling basis zinsleer
2 days ago
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
W6 - zinsleer
February 2024
- Lesson with
27 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
SCC M4 L4 zinsleer bwb
October 2023
- Lesson with
31 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
Week 5 - Grammatica- klas 1
January 2023
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 1
SCC M4 L3 zinsleer (herhaling)
March 2023
- Lesson with
44 slides
Nederlands
Secundair onderwijs