Quiz H10-H14

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 4

Agenda

QUIZ

hst 10 t/m 14 

Nodig: laptop (login deze Lessonup) a.j.b

Nog vijf lessen 

1. Gisteren: planning, ophalen stijl + hst 10 t/m 14
2. Vandaag: oefenen met tekst => quiz geworden + schrijven (brief) H4c 
3. Vrijdag: SO
4. Dinsdag: nabespreken SO + oefenen brief
5. Laatste vragenrondje  

Wat is de juiste formulering:

1. Nederlands is het mooiste vak er is.
2. Nederlands is het mooiste vak wat er is.
3. Nederlands is het mooiste vak die er is.
4. Nederlands is het mooiste vak welke er is.

Op welke drie niveaus kun je kijken naar stijl?

Noem nu per niveau stijlkenmerken

Waarom worden verwijswoorden gebruikt?

1. om de zin te kunnen begrijpen
2. om goed te formuleren
3. om saaie herhalingen te voorkomen
4. Om de lezer wat te raden te geven

Wat is een pleonasme?

1. Twee woorden die ten onrechte worden vermengd
2. Twee woorden in één zin die allebei een ontkennend zijn.
3. Hetzelfde woord wordt twee keer genoemd met dezelfde betekenis.
4. Een deel van het woord wordt door een ander woord al uitgedrukt.

Wat is een voorbeeld van een pleonasme?

1. De snelle fietser
2. De witte sneeuw
3. Het dikke boek
4. De gekke idioot

Wat is een voorbeeld van een pleonasme?

1. Gele Kanariepiet
2. Mooi Boek
3. Natte tranen
4. Prima start

Jullie

Hoe zorg je ervoor dat je aantrekkelijk formuleert?

1. Gebruik synoniemen en verwijswoorden. Varieer in je formuleringen.
2. Gebruik zo veel mogelijk dezelfde woorden, wees consistent
3. Maak heel lange zinnen
4. Gebruik zo veel mogelijk dezelfde formuleringen

Wat is een tautologie?

1. Ik snoep meestal in de nacht
2. Ik drink nooit tijdens het rijden
3. Ik eet enkel en alleen friet

Bij een metafoor heb je....

1. Alleen maar een beeld
2. Een beeld en de werkelijkheid
3. altijd het woordje ALS
4. HUH? watte? weet het niet meer...

We hadden drie tekstsoorten geleerd. Welke zat daar NIET bij?

1. Waarderend
2. Feitelijk
3. Verhalend
4. Weergevend

Waar let je allemaal op bij 'begrijpelijk formuleren'?

Waar let je allemaal op bij 'nauwkeurig formuleren'?

Waar let je allemaal op bij 'bondig formuleren'?

Waar let je allemaal op bij 'aantrekkelijk formuleren'?

Morgen zal ik een heel erg belangrijke toets maken waarvoor ik de afgelopen weken bijzonder hard heb gestudeerd

Maak deze zin bondiger

De toets werd door mij gemaakt en ik werd uitgedaagd door de complexe vragen.

Maak deze zin begrijpelijker

Tijdens de toets zaten mijn docent en directeur direct voor me, ik vond hem angstaanjagend..

Maak deze zin nauwkeuriger

Morgen maak ik een toets in de gymzaal

Maak deze zin aantrekkelijker

Het vak Nederlands is stom.

Maak deze zin aantrekkelijker