H1 & H2

Bedrijfseconomie
Meneer Vromans
1 / 42
next
Slide 1: Slide
BedrijfseconomieMBOStudiejaar 1

This lesson contains 42 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

Items in this lesson

Bedrijfseconomie
Meneer Vromans

Slide 1 - Slide

Planning
Herhaling H1 & H2

Aan de slag

Slide 2 - Slide

Het vak bedrijfseconomie
Deze les herhaling H1 & H2 

Volgende week herkansing 


Slide 3 - Slide

Verschil tussen begroten en budgetteren

Slide 4 - Slide

Begroten

Het schatten van ontvangsten en uitgaven voor een komende periode, korte en lange termijn 
Budgetteren

Houdt in dat de plannen van een organisatie in geld worden uitgedrukt en dat de verantwoordelijke functionarissen deze zo moeten en mogen uitvoeren

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Slide

Investeringsbudget
Budget wat de komende periode mag worden geinvesteerd

Aankopen van bedrijfsmiddelen 

Houdt rekening met economische levensduur, prijsontwikkelingen en de verwachten technische ontwikkelingen 

Slide 8 - Slide

Liquiditeitsbudget
Inzicht van de ontvangsten en uitgaven in een periode 

Wat zijn de ontvangsten?

Wat zijn de uitgaven? 

Slide 9 - Slide

Omzetbudget
Omzet die je wilt behalen 

Als bedrijf wil je een zo groot mogelijke omzet maken 


Slide 10 - Slide

Kostenbudget
Overzicht van de kosten die in een periode gemaakt mogen worden 
Vast budget: vast bedrag waar je niet overheen mag gaan bijv 4.500 euro

Variabel budget:  Percentage van de omzet, kan dus verschillen 

Gemend budget:  Combinatie van variabel en vast 

Flexibel budget: budget wordt altijd aan het begin vastgesteld en wijkt af

Slide 11 - Slide

Exploitatiebudget
omzetbudget + kostenbudget samen 

Goedgekeurde begroting met opbrengsten en kosten 

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

Wat is gewaardeerd loon?

Slide 23 - Mind map

Gewaardeerd loon

Slide 24 - Slide

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide

Wat is eigen vermogen?

Slide 28 - Mind map

Slide 29 - Slide

Gewaardeerde interest
Ondernemer brengt geld in de zaak = Eigen vermogen 

Je kon dit geld ook op de bank zetten voor rente = Gewaardeerde interest

Slide 30 - Slide

Slide 31 - Slide

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Slide

Slide 35 - Slide

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Slide

Slide 39 - Slide

Slide 40 - Slide

Slide 41 - Slide

Slide 42 - Slide