What is LessonUp
Search
Channels
Log in
Register
‹
Return to search
THEMA 4 B
In mijn woonkamer heb ik vier.........
A
stoel
B
stoelen
C
boom
D
bomen
1 / 21
next
Slide 1:
Quiz
Nederlands
MBO
Studiejaar 1
This lesson contains
21 slides
, with
interactive quizzes
.
Lesson duration is:
15 min
Start lesson
Save
Share
Print lesson
Items in this lesson
In mijn woonkamer heb ik vier.........
A
stoel
B
stoelen
C
boom
D
bomen
Slide 1 - Quiz
Welke zin is FOUT ?
A
ik vind dat leuk.
B
Dat vind ik goed.
C
ik vind dat mooi.
D
Dat vind ik moe.
Slide 2 - Quiz
Anita gaat naar school. Zij leert..........
A
lees
B
betaalt
C
fiets
D
lezen
Slide 3 - Quiz
Mijn nieuwe tafel is...................
A
moe
B
mee
C
mooi
D
met
Slide 4 - Quiz
Waar koop je fruit?
A
op de markt
B
in de markt
C
naar de markt
D
om de markt
Slide 5 - Quiz
Welke zin is FOUT ?
A
Hij is ziek.
B
Hij is moe.
C
Hij heeft pijn.
D
Hij is griep.
Slide 6 - Quiz
Woensdag werk ik niet. Dan.......
A
ik vrij
B
ik lekker vrij
C
ik heeft vrij
D
ben ik lekker vrij
Slide 7 - Quiz
Morgen ga ik naar Utrecht. Daar......
A
moet ik
B
woont mijn broer
C
ben ik niet
D
woon hij
Slide 8 - Quiz
Hij heeft een nieuwe auto.
Hij vindt dat...................
A
leuk.
B
droog
C
hoog
D
laag
Slide 9 - Quiz
In de ............... staan foto's.
A
krant
B
tafel
C
voetbal
D
bank
Slide 10 - Quiz
Jan koopt een fiets. Hij....
A
betaalt 50 euro.
B
zijn mooi.
C
heeft niet duur.
D
geen geld.
Slide 11 - Quiz
Anita gaat naar school. Zij......
A
geen tijd.
B
alles begrijpen.
C
beter leren.
D
leert de taal.
Slide 12 - Quiz
Ik bel mijn vriend. Hij is........
A
jarig.
B
geen tijd.
C
bellen.
D
morgen.
Slide 13 - Quiz
Bij welke ............. heb je een rekening?
A
baan
B
bank
C
bon
D
bang
Slide 14 - Quiz
Bij de kassa staat een lange rij. Ik moet...........
A
huizen
B
liggen
C
wachten
D
kopen
Slide 15 - Quiz
Mijn kinderen eten patat. Ze vinden dat..........
A
lekker.
B
leker.
C
stom.
D
stoom.
Slide 16 - Quiz
Wat is GEEN kleding?
A
jas
B
bank
C
jurk
D
rok
Slide 17 - Quiz
Mijn fiets is kapot. Ik ga......
A
niet werk.
B
met de bus.
C
geen school.
D
auto.
Slide 18 - Quiz
Waar komt hij vandaan?
Hij komt ......... Marokko.
A
in
B
van
C
aan
D
uit
Slide 19 - Quiz
Mijn auto is kapot. Ik ga........
A
lopen.
B
fiets.
C
na garage.
D
niet school.
Slide 20 - Quiz
In de pauze ........... ik koffie.
Slide 21 - Open question
More lessons like this
NT2 - A2 - Nevengeschikte voegwoorden
January 2025
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
NT2 - A2 - Nevengeschikte voegwoorden
September 2024
- Lesson with
19 slides
Nederlands
Praktijkonderwijs
Leerjaar 2
Les 10 - nevenschikkende zinnen met MEDOW
7 days ago
- Lesson with
32 slides
NT2
Middelbare school
havo
Leerjaar 1
Zinsconstructie
November 2024
- Lesson with
23 slides
NT2
Secundair onderwijs
Voegwoorden en betekenis B1
February 2025
- Lesson with
27 slides
NT2
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Voegwoorden en betekenis B1
November 2024
- Lesson with
27 slides
NT2
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Voegwoorden en betekenis B1
22 days ago
- Lesson with
27 slides
NT2
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1
Voegwoorden en betekenis B1
8 days ago
- Lesson with
27 slides
NT2
Middelbare school
vmbo b
Leerjaar 1