Maandag 5 september 2022

Maandag 5 september 2022
08.30 - 09.20 uur 
Sport

12.10 - 12.40 uur 
Pauze
09.40 - 10.10 uur Woordenschat
Nieuwe woorden thema kennismaken
12.40 - 13.30 uur 
Begrijpend lezen - Nieuwsbegrip
10.10 - 10.30 uur Pauze
13.30 -14.20 uur
Rekenen- Zelfstandig werken
10.30  - 11.20  uur  
Verder met woordenschat thema "Kennismaken"
11.20 - 12.10 uur
Disk- Zelfstandig werken
1 / 25
next
Slide 1: Slide
EngelsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Maandag 5 september 2022
08.30 - 09.20 uur 
Sport

12.10 - 12.40 uur 
Pauze
09.40 - 10.10 uur Woordenschat
Nieuwe woorden thema kennismaken
12.40 - 13.30 uur 
Begrijpend lezen - Nieuwsbegrip
10.10 - 10.30 uur Pauze
13.30 -14.20 uur
Rekenen- Zelfstandig werken
10.30  - 11.20  uur  
Verder met woordenschat thema "Kennismaken"
11.20 - 12.10 uur
Disk- Zelfstandig werken

Slide 1 - Slide

Sport

We gaan lekker sporten

Slide 2 - Slide

Woordenschat
Vandaag leer je vijf (nieuwe) woorden bij het thema: 
Kennismaken

Schrijf het woord op en ook de betekenis.

Slide 3 - Slide

de snoepautomaat
  • een automaat met zoete dingen die je kan kopen;
  • Zin: Op school hebben wij een snoepautomaat. Deze is kapot.

Slide 4 - Slide

zenuwachtig
  • als je bang bent dat er iets fout kan;
  • als je iets moet doen, wat je nog nooit eerder hebt gedaan en je weet niet zeker of dit lukt.
  • Zin: Ik was echt zenuwachtig toen ik de eerste keer naar mijn nieuwe school moest!

Slide 5 - Slide

de sportclub
  • een club van mensen die dezelfde sport doen;
  • synoniem: sportvereniging
  • zin: Mijn sportclub is in Den Helder. Daar sport ik elke week.

Slide 6 - Slide

de verplichting
  • iets wat je moet doen;
  • het is verplicht. Je mag niet kiezen of je het wilt doen.
  • Zin: Wij hebben de verplichting om 5 dagen in de week naar school te gaan.
  • Zin: Het is verplicht om je gordel om te doen, als je in de auto rijdt.

Slide 7 - Slide

de verzamelaar
  • iemand die allemaal spullen van eenzelfde soort bij elkaar brengt en bewaart
  • de verzamelaar heeft een verzameling van dezelfde soort spullen.
  • zin: De verzamelaar heeft wel 100 postzegels uit allemaal verschillende landen.

Slide 8 - Slide

Maak de zin af:
Ik ben zenuwachtig, als ik....

Slide 9 - Open question

In welke zin wordt het woord
de verzamelaar
goed gebruikt?
A
De verzamelaar heeft een paar postzegels.
B
De verzamelaar heeft 50 postzegels uit verschillende landen.
C
De verzamelaar heeft allemaal voorwerpen uit hetzelfde land.
D
De verzamelaar heeft 10 mobiele telefoons.

Slide 10 - Quiz

Dit soort snoep haal ik het liefste uit de snoepautomaat.

Slide 11 - Open question

De bekendste sportclub van Amsterdam is:
A
PSV
B
AZ
C
Ajax
D
Feijenoord

Slide 12 - Quiz

Als je op school bent, is het verplicht om.....

Slide 13 - Open question

Opdracht: welk woord hoort in de zin?
Welk woord hoort in de zin? Schrijf alleen het woord op, niet de hele zin!

Slide 14 - Slide

Elke zaterdag ga ik naar mijn......... We spelen dan een wedstrijd.

Slide 15 - Open question

Op school staat geen............. Dat is namelijk ongezond!

Slide 16 - Open question

Docenten en leerlingen hebben allemaal .... .......... om de school schoon te houden.

Slide 17 - Open question

Ik was helemaal niet ........... toen ik naar school moest. Ik kende mijn docent al!

Slide 18 - Open question

... ................ heeft te veel spullen in zijn huis.

Slide 19 - Open question

Zinnen maken

Het rad draait een naam. Zie je jouw naam? Dan maak je een zin met 1 van de woorden.

De woorden: de verzamelaar, zenuwachtig, de sportclub, de snoepautomaat, de verpliching

Slide 20 - Slide

Pauze
    Pauze 
timer
20:00

Slide 21 - Slide

Disk
Werken aan bronnen en bouwstenen Disk thema Kennismaken

Wil je een andere kleur of een toets maken? Vraag het je docent!

Slide 22 - Slide

Pauze
    Pauze 
timer
30:00

Slide 23 - Slide

Begrijpend lezen
  • We kijken naar het journaal wat past bij de les:
  • We lezen samen de tekst:
  • Je maakt zelf de vragen:
  • We kijken samen de vragen na. 

Slide 24 - Slide

Rekenen
  • Werk zelfstandig in je rekenboek en op de laptop in ff leren rekenen.

Slide 25 - Slide