This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 60 min
Items in this lesson
§5.4 De macht van vorsten
Slide 1 - Slide
Huiswerk
Schrijf op in je agenda
Maken opdracht 4 t/m 12
Volgende les repetitie H5
Slide 2 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen:
- Wat voor het bestuur de belangrijkste gevolgen zijn van de opkomst van de geldeconomie
- Waarom de paus en vorsten in de late middeleeuwen een conflict hebben met elkaar
- Hoe vorsten proberen een centraal bestuur in te voeren
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Slide
Omschrijving
Functie binnen de katholieke kerk
Hoogste bestuurder
Hoofd van een bisdom
Hoofd van een parochie
Geestelijke die heilige handelingen doet
Vul het schema in. Koppel de omschrijving aan de juiste functie in de katholieke kerk.
Pastoor
Paus
Priester
Bisschop
Slide 5 - Drag question
Welke betekenis past het best bij het begrip leenstelsel
A
Het leenstelsel is een systeem waarbij horigen op het land van een domeinheer mogen wonen
B
Het leenstelsel is een systeem waarin het land van een koning wordt bestuurd door leenmannen
Slide 6 - Quiz
Leg uit waarom het leenstelsel in de vroege middeleeuwen er voor zorgt dat de macht van de koning minder is.
Slide 7 - Open question
Bestuur late middeleeuwen
In de late middeleeuwen ontstaan steden en de geldeconomie
Dit heeft voor Europese vorsten voor- en nadelen
Nadeel
Steden worden machtig en vorsten hebben er weinig over te zeggen
Voordeel
Met belastingen krijgen vorsten een deel van de rijkdom van steden
Slide 8 - Slide
Bestuur late middeleeuwen
De belastinginkomsten van de vorst hebben twee gevolgen:
Al met al neemt de macht van de adel (leenmannen) af en die van de vorsten toe
Ambtenaren
Met het geld nemen vorsten ambtenaren in dienst, die zijn trouwer dan leenmannen
Huurleger
Met het geld betalen vorsten een huurleger. Het leger van de leenman is overbodig
Leger van soldaten die een vorst of edelman kan inhuren om voor zich te laten vechten.
Iemand die in dienst is van het bestuur en zorgt voor het uitvoeren van besluiten, bijvoorbeeld het innen van belasting en het handhaven van de orde.
Slide 9 - Slide
Centraal bestuur
De vorsten krijgen meer macht en gaan anders besturen
In plaats van rondreizen willen zij vanuit één plek regeren
Vanuit daar gelden dan over dezelfde wetten en belastingen
Zo'n bestuur noemen we een centraal bestuur
Slide 10 - Slide
Slide 11 - Map
Staten-Generaal (1464)
Filips de Goede roept een vergadering bijeen waar alle gewesten van zijn gebied naartoe komen. Uit ieder gewest komen mensen uit de drie standen. Zo een vergadering wordt ook wel een parlement genoemd
Slide 12 - Slide
Staten
Machtige edelen en steden bieden verzet tegen centralisatie
Zij zijn bang hun macht te verliezen
Maar uiteindelijk ontstaat overal in Europa een centraal bestuur
Hierdoor ontstaan ook weer staten
Landen met duidelijke grenzen waar overal dezelfde wetten en regels gelden
Slide 13 - Slide
Leg uit dat belastinginkomsten van de vorst ervoor zorgt dat de adel minder macht heeft(2 punten)
Slide 14 - Open question
Slide 15 - Slide
Waar ging het conflict tussen de Paus en de Duitse Keizer over?
Slide 16 - Open question
Waarom wilde de Duitse keizer bisschoppen benoemen?
Slide 17 - Open question
Waarom was de Paus het niet eens met de benoeming van bisschoppen door de Duitse keizer?
Slide 18 - Open question
De paus en de vorst
Vorsten gaan ook bisschoppen benoemen
Deze bisschoppen zouden een deel van het rijk besturen
Zij krijgen geen kinderen en dus geen ontrouwe opvolgers
Maar de paus vindt dat alleen hij bisschoppen mag benoemen!
Slide 19 - Slide
De paus en de vorst
Dit leidt tot ruzie tussen de Duitse keizer en de paus
In 1122 sluiten zij een vrede
Er komt een scheiding tussen bestuur van de kerk en het land
De paus regelt zaken van de kerk, de vorst bestuurt het land
Slide 20 - Slide
Leerdoelen
Je kunt uitleggen:
- Wat voor het bestuur de belangrijkste gevolgen zijn van de opkomst van de geldeconomie
- Waarom de paus en vorsten in de late middeleeuwen een conflict hebben met elkaar
- Hoe vorsten proberen een centraal bestuur in te voeren