Zelfregulering – Je weet dat er verschillende (leer)strategieën zijn en kunt bepalen welke strategieën passen bij de geformuleerde (leer)doelen.
A2.3 – Je kunt door meelezen eenvoudig audiovisueel materiaal begrijpen (kijken).
A1.5 – Je kunt eenvoudige vragen stellen en beantwoorden, en eenvoudige uitspraken doen en vragen beantwoorden over basisbehoeften of zeer vertrouwde, concrete onderwerpen (gesprek).
A2.1 – Je kunt op eenvoudige wijze voorkeur of mening uitdrukken over vertrouwde alledaagse onderwerpen (gesprek).
A2.4 – Je kunt dingen vragen en eenvoudige transacties doen in openbare gelegenheden (gesprek).
A2.1 – Je kunt begrijpen wat er tegen je gezegd wordt in een eenvoudig, alledaags gesprek (luisteren).
A2.1 – Je kunt mensen, plaatsen, en bezittingen op een eenvoudige manier beschrijven (spreken).