Ontdek de structuur van een tekst!

Ontdek de structuur van een tekst!
1 / 13
next
Slide 1: Slide

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Ontdek de structuur van een tekst!

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Leerdoel
Aan het eind van de les zul je de tekststructuur, alinea's, functiewoorden en soorten inleidingen/afsluitingen kunnen herkennen en toepassen.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat weet je al over tekststructuur?

Slide 3 - Mind map

This item has no instructions

Tekststructuur
Een tekststructuur geeft de opbouw van een tekst weer, zoals chronologisch, vergelijkend of oorzaak-gevolg.

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Alinea's
Een alinea bestaat uit één of meerdere zinnen die bij elkaar horen en een duidelijk onderdeel van de tekst vormen.

Slide 5 - Slide

This item has no instructions

Functiewoorden
Functiewoorden geven aan welke relatie er is tussen zinnen of alinea's, zoals 'daarom', 'echter' of 'bovendien'.

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Inleidingen
Een inleiding kan informatief zijn, een vraag stellen, een anekdote vertellen of direct het onderwerp introduceren.

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Afsluitingen
Een afsluiting kan samenvatten, een conclusie trekken, een vraag stellen of de lezer aansporen tot actie.

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Praktijktoepassing
Nu gaan we een korte tekst analyseren en de tekststructuur, alinea's, functiewoorden en inleiding/afsluiting benoemen.

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Reflectie
Wat heb je vandaag geleerd over tekststructuur en de functies van alinea's, functiewoorden, inleidingen en afsluitingen?

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 11 - Open question

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 12 - Open question

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 13 - Open question

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.