This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.
Lesson duration is: 80 min
Items in this lesson
4.1 Prikkels en gedrag
Slide 1 - Slide
Dit ga je leren vandaag:
Je kunt beschrijven wat prikkels en gedrag is.
Je kunt beschrijven waardoor gedrag ontstaat.
Je kunt uitleggen wanneer een mens of dier reageert.
Je kunt uitleggen hoe je gedrag onderzoekt.
Slide 2 - Slide
Wat is gedrag?
Alles wat een mens of dier doet!
Gedrag is een reactie op een prikkel (een verandering in de omgeving of in je lichaam)
Slide 3 - Slide
Slide 4 - Video
Wat zijn de flamingo's hier volgens jou aan het doen? En waarom?
Slide 5 - Open question
Slide 6 - Video
Waarom?
Welke functie heeft gedrag in de natuur?
Wat is de aanleiding voor gedrag?
Hoe ontstaat gedrag tijdens de ontwikkeling van een dier?
Slide 7 - Slide
Daarom!
Succesvol gedrag leidt tot overleving, groei en voortplanting
Gedrag ontstaat als reactie op inwendige en uitwendige prikkels
Succesvol gedrag wordt geleerd door: inprenting, gewenning, imitatie, oefening, operant- en klassiek conditioneren en inzicht.
Slide 8 - Slide
Inwendige prikkels
Uitwendige prikkels
Slide 9 - Slide
De jonge pimpelmeesjes sperren. Op welke inwendige en uitwendige prikkels reageren de vogels?
Slide 10 - Open question
Motivatie
Wat kost het vangen (tijd, energie, risico)
Wat levert het op (hoe groot is de prooi)
Hoe hard heb ik het nodig?
Slide 11 - Slide
Motivatie
Als de optelsom boven dedrempelwaarde komt, is de motivatie groot genoeg om bepaald gedrag te vertonen.
Slide 12 - Slide
Slide 13 - Video
Sleutelprikkel
Prikkel die vrijwel altijd leidt tot dezelfde reactie van een dier.
Slide 14 - Slide
Huiswerk
mk 4.1 vr. 2 t/m 6 en 8 t/m 14
bij vr 3 hoort het volgende filmpje:
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Video
Dit ga je leren vandaag:
Je kunt beschrijven wat prikkels en gedrag is.
Je kunt beschrijven waardoor gedrag ontstaat.
Je kunt uitleggen wanneer een mens of dier reageert.
Je kunt uitleggen hoe je gedrag onderzoekt.
Slide 17 - Slide
Ethologie
Bij het goed bestuderen van gedrag zien we dat gedrag is opgebouwd uit opeenvolgende handelingen, dit zijn de ‘losse’ dingen die een dier doet
Slide 18 - Slide
Ethogram: een lijst met beschrijvingen en afkortingen van handelingen
Slide 19 - Slide
Je gebruikt de ethogram om een protocol te maken, dan hou je gedurende een bepaalde tijd bij hoe vaak, in welke volgorde of hoe lang een dier iets doet
Slide 20 - Slide
Een lijst met handelingen en afkortingen heet een...
A
Tabel
B
Protocol
C
Ethogram
D
Grafiek
Slide 21 - Quiz
Hoeveel handelingen staan in de volgende zin? 'De hond staat op uit zijn mand en loopt naar zijn bak, waar hij gaat eten'
A
1
B
2
C
3
D
4
Slide 22 - Quiz
Waar of niet waar? Je maakt een protocol, voor je het ethogram maakt
A
Waar
B
Niet waar
Slide 23 - Quiz
Huiswerk
Opdracht 12, 14, 16 tm 22 van 4.1, dus niet vr 13, 15, 20