H3 Motivatie MWWE

1 / 43
next
Slide 1: Slide
Psychologie & SociologieSecundair onderwijs

This lesson contains 43 slides, with text slides.

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Inleiding
  • Waar haalde Ewoud Vromant de motivatie voor de tijdrit?
  • Welke invloed had zijn ontgoocheling op de individuele achtervolging op zijn prestatie in de tijdrit?
  • Heb je zelf al meegemaakt dat een mislukking of ontgoocheling je motiveerde om beter te doen? Of zorgen mislukkingen er juist voor dat je motivatie daalt?

Slide 2 - Slide

1 Innerlijke kracht p.56
Mogelijke redenen voor gedrag? Oef.1 p.56
  • Na school gaat Josse thuis zo snel mogelijk zijn huiswerk maken.
  • Romy gaat voor schooltijd een paar rondjes lopen in het park.

Slide 3 - Slide

1 Innerlijke kracht p.56
Motivatie = de innerlijke kracht die ons stimuleert tot bepaald gedrag.

2 soorten motivatietheorieën:
  • De mens heeft behoeften te bevredigen.
                            Tekort -> duwt je gedrag in een richting.
  • De mens heeft doelen die hij wil bereiken. 
                             Doel -> trekt je in een richting.

Slide 4 - Slide

2 Drifttheorie van Hull p.56
Homeostase: toestand van lichamelijk evenwicht
-> niet in evenwicht, behoefte voelen om evenwicht te herstellen

Tekort -> lichamelijke behoefte -> drift -> aanzetten tot handelen

Waarom zou deze theorie niet volstaan voor onze menselijke motivatie?
  • Kritiek: niet bruikbaar voor veel menselijke gedragingen (enkel biologische noden), wel nog steeds spreken over 'drive'

Slide 5 - Slide

3 Theorie van Maslow p.57
Oef.2 p.57: Op een onbewoond eiland...
Wat zouden jullie meenemen? (op bord noteren)
  • Maslow: humanistische psychologie - positieve kijk op mensen; mensen streven ernaar om te groeien
  • Categorieën van behoeften in vaste volgorde. Welke herkennen jullie op het bord?


Slide 6 - Slide

3 Theorie van Maslow p.57
Fysiologische behoeften
~ lichamelijke
alles wat we nodig hebben om te overleven
ook seks (denk aan voortplanting, dus ook deel van overleven)

Oef.3 p.57

Slide 7 - Slide

3 Theorie van Maslow p.57
Behoefte aan veiligheid en zekerheid
bescherming tegen bedreigingen 
behoefte aan orde en stabiliteit

Oef.4 p.57: menselijk gedrag?
Oef.5 p.57: maatschappelijke instellingen?

Slide 8 - Slide

3 Theorie van Maslow p.58
Sociale behoeften
Behoefte aan liefde en vertrouwen en het gevoel bij een groep te behoren

Oef.6 p.58

Slide 9 - Slide

3 Theorie van Maslow p.58
Waarderingsbehoeften
  • Zelfwaardering: positief zelfbeeld en eigen identiteit
  • Gewaardeerd worden: aanzien en erkenning van anderen

Oef.7 p.58

Bovenstaande behoeften: deficiëntiebehoeften

Slide 10 - Slide

3 Theorie van Maslow p.58
Onderstaande behoefte: zijnsbehoeften

Behoefte aan zelfactualisatie
Zichzelf kunnen ontplooien: alle mogelijkheden die je in je hebt gebruiken en de beste versie van jezelf worden

Oef.8 p.58

Slide 11 - Slide

3 Theorie van Maslow p.58-59
Behoeften kunnen op meerdere manieren bevredigd worden. 
Maar ook: gedrag kan meerdere behoeften bevredigen.

Oef.9 p.58: Jeugdbeweging?

Oef.10 p.59

Slide 12 - Slide

3 Theorie van Maslow p.59

Slide 13 - Slide

3 Theorie van Maslow p.59
Later werden extra behoeften toegevoegd...
  • Cognitieve behoeften
    Behoefte naar kennis opdoen en de omgeving te begrijpen
    Oef.11 p.59
  • Esthetische behoeften
    Behoefte op zoek te gaan naar schoonheid
    Oef.12 p.59


Slide 14 - Slide

3 Theorie van Maslow p.60
Oef.13-14-15 p.60

Slide 15 - Slide

3 Theorie van Maslow p.60
Extra oefening (individueel):
  • Ga voor je eigen dagelijks leven na wat je doet om jouw verschillende behoeften te bevredigen.
  • Breng in een apart document 3 vb'en per behoefte volgens de theorie van Maslow die voor jou persoonlijk van toepassing zijn.
  • Mag tekst zijn, maar ook een andere vorm (mindmap, poster...).
  • Upload het document in de uploadzone in SS (opdracht 3).
  • Evaluatie: volledig, eigen voorbeelden en 'net' document

Slide 16 - Slide

3 Theorie van Maslow p.60
Een concreet voorbeeld kan er als volgt uitzien :
o Fysiologische behoeften : Nadat ik ben opgestaan, eet ik een aantal boterhammen als ontbijt.
o Behoefte aan veiligheid en zekerheid : Voor ik met de fiets naar school rijd, controleer ik of de lichten branden.
o Sociale behoeften : Ik rijd niet graag alleen naar school. Ik wacht daarom op mijn vrienden om samen naar school te fietsen.


Slide 17 - Slide

3 Theorie van Maslow p.60
o Waarderingsbehoeften : Wanneer ik mijn taak terugkrijg van de leerkracht, merk ik dat er bovenaan ‘Goed gewerkt’ op staat.
o Cognitieve behoeften : Na school verdiep ik mij in een boek over de ruimtevaart. Dat boeit me. Ik wil er dan ook alles over weten.
o Esthetische behoeften : Ik zoek online naar een aantal mooie reproducties van schilderijen, die ik wil ophangen in mijn kamer.
o Behoeften aan zelfactualisatie : Ik studeer goed, omdat ik later ingenieur wil worden.

Slide 18 - Slide

4 Zelfdeterminatietheorie (ZDT) p.60
Ryan en Deci ontwikkelden een uitgebreide theorie:
  • gedeelte ervan omtrent motivatie
  • ook humanistische psychologen
  • groei en zelfontplooiing centraal
  • uitgebreide theorie verder uitgewerkt voor Vlaanderen door o.a. Vansteenkiste


Slide 19 - Slide

4 Zelfdeterminatietheorie (ZDT) p.60
2 onderdelen:
  • psychologische basisbehoeften (3)
  • fysiologische behoeften

Alle behoeften -> even belangrijk en universeel

Slide 20 - Slide

4 Zelfdeterminatietheorie (ZDT) p.60
Psychologische basisbehoeften:
  • Autonomie:
    Gevoel eigen keuzes kunnen maken en jezelf kunnen zijn
    Bevredigd: eigen gedrag kunnen bepalen
    Niet voldaan: continue controle of dreiging door anderen
  • Verbondenheid
  • Competentie

Slide 21 - Slide

4 Zelfdeterminatietheorie (ZDT) p.60
Psychologische basisbehoeften:
  • Autonomie
  • Verbondenheid: 
    Verlangen naar warme, stabiele en veilige relaties
    Bevredigd: zich gewaardeerd en geliefd voelen
    Niet voldaan: ruzie hebben of uitgesloten worden
  • Competentie

Slide 22 - Slide

4 Zelfdeterminatietheorie (ZDT) p.61
Psychologische basisbehoeften:
  • Autonomie
  • Verbondenheid
  • Competentie:
    Zich bekwaam voelen, dat je iets goed kan en succesvol bent
    Bevredigend: haalbare taken en positieve feedback
    Verminderend: te moeilijke taken en negatieve feedback

Slide 23 - Slide

4 Zelfdeterminatietheorie (ZDT) p.61
  • Bevredigen geeft gevoel van energie en veerkracht
    -> draagt bij aan psychologische groei en welbinden
  • Frustratie leiden tot psychische problemen

Oef.16 p.61: welke behoefte en bevredigd/gefrustreerd?

Slide 24 - Slide

4 Zelfdeterminatietheorie (ZDT) p.61-63
Wetenschappelijk goed onderbouwde theorie!
2 bevestigende onderzoeken:
  • Eerste artikel - samenvatten
  • Tweede artikel
    Oef.17 p.62
    Oef.18 p.63
    - digitaal
Oef.19 p.63 - in groepjes

Slide 25 - Slide

 p.61-63

Slide 26 - Slide

4 Zelfdeterminatietheorie (ZDT) p.61-63

Slide 27 - Slide

4. Zelfdeterminatietheorie (ZDT) p.61-63
Oef 19 p63 : Opdracht over theorie Maslow => geef enkele tips, gebaseerd op 3 behoeften van ZDT, die motivatie van de leerlingen kan verhogen.

Slide 28 - Slide

5. Prestatiemotivatie p.63
= de mate waarin iemand gemotiveerd is om goed te presteren.
  1. Intrinsieke motivatie : gedrag dat je graag doet, omwille van de activiteit zelf ~> flow
    oef20 p64 : geef een concreet vb van intrinsieke motivatie
  2. Extrinsieke motivatie : bepaalde gevolgen door gedrag ~> beloning/straf/positieve gevolgen 
    oef21/22 p64 : vb extrinsieke motivatie school/bedrijf

Slide 29 - Slide

5. Prestatiemotivatie p.64
oef23 p64 : Toon met een concrete situatie aan dat intrinsieke en extrinsieke motivatie vaak samengaan.

Slide 30 - Slide

5. Prestatiemotivatie p.64
Overrechtvaardiging 
=> IM en EM versterken/verzwakken elkaar?
=> Kan gedrag kan minder plezier worden als je ervoor beloond wordt?
experiment p64 kinderen - tekeningen

= je wordt als het ware teveel beloond voor je gedrag.

Slide 31 - Slide

5. Prestatiemotivatie p.65
oef 24 p65 Fragment 'niet alles is te koop' ~> pas principe overrechtvaardiging toe

ZDT -> overrechtvaardiging = afh van soort beloning
  • beloning -> daling autonomie => IM daalt
  • beloning -> competentie verhogen => IM blijft zelfde

Slide 32 - Slide

5. Prestatiemotivatie p.63
hard werken, trainen, studeren => iets bereiken
Gecontroleerde motivatie : het gevoel dat we iets doen  omdat het moet                                                            => moetivatie

Autonome motivatie : gevoel hebben dat we zelf voor gedrag kiezen                                                                 => goesting

Slide 33 - Slide

5. Prestatiemotivatie p.63
De ZDT onderscheidt 4 redenen motivatie :
  1. Externe druk : beloning, straf ontlopen,...
  2. Interne druk : negatieve gevoelens vermijden/ positieve gevoelens ervaren
  3. Betekenisvol : nuttig of waardevol 
  4. Interesse : prettig
oef26 p66 : nummers bij juiste redenen zetten

Slide 34 - Slide

5. Prestatiemotivatie p.67
oef27 p67 : Waarom ga je elke week zwemmen?
oef28 p67 : leerkracht => autonome motivatie lln vergroten?
oef29 p67 : schoolmoeheid

Slide 35 - Slide

6. Faalangst p.69
Taakmotivatie en ego-doelen    
Oef 30 p69 : bvb spreekoefening/toets => kenmerken
  • cognitieve
  • lichamelijke
  • gedrag
=> Joan Duda en John Nicholls : doelgebaseerde MT

Slide 36 - Slide

6. Faalangst p.69
Doelgebaseerde motivatietheorie
Prestatiemotivatie wordt bepaald door 3 soorten doelen :

  1. taakmotivatie : wil activiteit goed af te werken
  2. positieve ego-doelen : goede indruk willen maken
  3. negatieve ego-doelen : angst negatieve beoordeling

Slide 37 - Slide

6. Faalangst p.69
taakmotivatie en positieve ego-doelen => presteren => middelmatig moeilijke taken : opdrachten met uitdaging meer wel haalbaar

negatieve ego-doelen => faalangst => te makkelijke of veel te moeilijke taken
self-handicapping : mislukking door situatie

Slide 38 - Slide

6. Faalangst p.70
oef 31 p70 : Test jezelf + analyseer je resultaat
oef 32 p70 : vergelijk 3 doelen met 4 redenen ZDT
oef 33 p71 : Casus Ferre 

Tips tegen faalangst : Bronnenstudie + verzameling van tips

Slide 39 - Slide

7. Uitstelgedrag p.72
Procrastinatie = uitstelgedrag
                               -> negatieve vicieuze cirkel

=> gevolg van een conflict tussen korte termijndoelen en lange termijndoelen

oef 34 p72 casus Moussa

Slide 40 - Slide

7. Uitstelgedrag p.73
zelfcontrole = mate waarin je in staat bent om niet toe te geven aan korte termijndoelen => om lange termijndoelen te bereiken.
oef 35 p73 vb eigen leefwereld

Marshmallowtest van Walter Mischel
oef 36 p73 Fragment Lichaam van Coppens

Slide 41 - Slide

7. Uitstelgedrag p.73
Factor : betrouwbare omgeving
Kinderen die in een betrouwbare omgeving opgroeien zijn beter in staat om voor lange termijndoelen te kiezen.

Slide 42 - Slide

7. Uitstelgedrag p.74
Tips tegen uitstelgedrag :
  • Sociale druk
  • apps die sociale media tijdelijk uitschakelen
  • grote taak opdelen in kleine stukjes
  • met jezelf beloning afspreken
  • 5 minuten-regel
  • oef 38 p74

Slide 43 - Slide