Portret alter-ego

• Kunst
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 3

We're all mad here...

Portret van jouw alter-ego!

Deze lessen gaan jullie werken aan een opdracht waarbij je een alter-ego voor jezelf bedenkt.

Maar wat is dat eigelijk?

Wat denk jij dat een alter-ego is?

Leerdoelen

- Je weet wat 'introperspectief' is. 

- Je kunt je eigen kenmerken benoemen.

- Je kunt een idee naar beeld vertalen.

- Je kunt van een schets naar een nieuw beeld omzetten. 

- Je kunt met recycle materiaal een kunstwerk maken

- Je kunt je werk presenteren

 

Dit kan zijn:

- Als er nóg een versie van jouw was. Hoe zou deze er dan uitzien?

- Een betere versie van jouw. Jij als superster?

- Of juist je 'schaduwkant'

- Jij over 20 jaar

- Superheld?

Who are you?

Les 1: Oriënteren en woorweb maken

Les 2 en 3:  Schets maken incl kleur

les 3, 4, en 5: Uitwerken

Les 6: presenteren

Les 1:	Orienteren met woordweb
Les 2 en 3:	Schets maken
Les 4,5,6:	Uitwerken in restmateriaal
Les 7:	Presenteren

Criteria schets

2 schetsen op 1 blad:

- één Van jou als persoon

- één van je alter-ego

- Moet beeldvullend zijn

- Heeft kleur

- Duidelijk verschil tussen 2 hoofden

Criteria Portret

- Het portret heeft minstens 4 verschillende soorten materialen.

- Het portret bevat 4 verschillende kleuren

- Het is duidelijk welk wie de persoon en het alter-ego is.

- Het werk beslaat beide zijden. 

(Voor en achterkant)

Deze les:

Oriënteren op idee en materiaal

1. Maak 2 woordweb's. 1 over wie jij bent én een van wat jouw alter-ego zou kunnen zijn. 

2. Zet hier minstens 100 woorden omheen, bij allebei de woordwebs. 

Wat ben jij van plan?

Wat is een van de citeria van de schets?

1. Het moeten 2 blaadjes zijn
2. Het moet een superheld zijn
3. Duidelijk verschil tussen jezelf en alter-ego
4. Je moet verschillende materialen gebruiken

Wat is retroperspectief?

1. Hetzelfde doen als vorige keer
2. Dat je een 'retro' look hebt.
3. Nadenken over een ander
4. Goed nadenken over wie jij bent en wat je leuk vind.

Hoe kom je aan je materialen?

1. Aan de vuilnisman vragen
2. Op school
3. Van thuis mee nemen
4. Zelf kopen of zoeken

Huiswerk

Ga thuis kijken naar spullen die je normaal weg gooit. 

'Recycle spullen' zijn nodig voor deze opdracht.