Opdracht: Schrijf nu bij de drie verschillende functies zelf zinnen. Schrijf bij elke functie drie zinnen. Schrijf dus in totaal negen zinnen.
Voorbeeldzinnen:
- Een voorstel: Zal ik het raam even opendoen? Het is zo warm!
- Een sterk voornemen: Ik zal haar vanavond even bellen om een afspraak te maken.
- Iets beloven: Ik zal voortaan op tijd komen.
Klaar?
Bekijk de zinnen samen met een medecursist. Laat de docent de zinnen ook controleren. Werk daarna in je boek (zullen: In zicht blz. 49: opdracht 4 en blz. 55: opdracht 10).