This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 50 min
Items in this lesson
Welkom in de flex 4H
- JNM = Marieke Jenneskens
- camera's aan
- pincode activeren via lessonup.app
Slide 1 - Slide
Reken om naar aantal mol: 25 gram alcohol (C2H6O) = ..... mol (in 2 significante cijfers, zonder eenheid)
Slide 2 - Open question
Slide 3 - Slide
Reken om naar aantal mol: 1,7 gram ammoniak (NH3) = .... mol (in 2 significante cijfers, zonder eenheid)
Slide 4 - Open question
Slide 5 - Slide
Bereken hoeveel kg overeen komt met 37 mol calciumcarbonaat
Slide 6 - Open question
Slide 7 - Slide
Bereken de molariteit, dat is hoeveel mol de oplossing per liter bevat. a: als je 25 mol suiker oplost in 2,5 L water
Slide 8 - Open question
Bereken de molariteit, dat is hoeveel mol de oplossing per liter bevat. b: als je 0,13 mol alcohol oplost in 200 mL water
Slide 9 - Open question
Bereken de molariteit, dat is hoeveel mol de oplossing per liter bevat. c: als je 12 g ammoniak oplost in 1,0 L water
Slide 10 - Open question
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Open question
Slide 13 - Slide
Slide 14 - Slide
Flexles - week 3
Slide 15 - Slide
Slide 16 - Open question
Slide 17 - Slide
Peter lost 7,0 gram aluminiumnitraat op in 300 mL water. Hierna lost hij 3,0 gram kaliumnitraat op in 200 mL water. Hij mengt beide oplossingen. Bereken de molariteit van elk van de ionen in de gemengde oplossing.