Het consumentensurplus van deze consument bij een verkoopprijs van € 4 is
A
4
B
o
C
3
D
2
1 / 17
next
Slide 1: Quiz
EconomieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4
This lesson contains 17 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Lesson duration is: 30 min
Items in this lesson
Het consumentensurplus van deze consument bij een verkoopprijs van € 4 is
A
4
B
o
C
3
D
2
Slide 1 - Quiz
Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je het collectieve consumentensurplus berekenen .
Slide 2 - Slide
Afzetgebied
Gebied waar de producent zijn producten verkoopt.
Slide 3 - Slide
De collectieve vraag
Een producent is geïnteresseerd in de vraag van alle consumenten bij elkaar opgeteld: de collectieve vraag(lijn).
Je bepaalt de collectieve vraag(lijn) door de vraag van alle consumenten bij elkaar op te tellen.
Slide 4 - Slide
Slide 5 - Slide
Slide 6 - Slide
De vraaglijn (vb)
Consumentensurplus, verschil tussen maximale betalingsbereidheid en prijs.
Stel de evenwichtsprijs is €3,- bereken het consumentensurplus
Consumentensurplus is:
(€5 - €3) * 20 * 0,5 = 20 de waarde van het consumentensurplus is 20.
Slide 7 - Slide
Slide 8 - Slide
Samenvatting
Het consumentensurplus is het verschil tussen de betalingsbereidheid van de consument en de prijs. Om het collectieve consumentensurplus uit te rekenen maak je gebruik van de formule van een driehoek LxHx0,5.
Slide 9 - Slide
als de prijs 3 euro is, is het consumentensurplus in euro's:
A
6.000
B
2.000
C
12.000
D
4.000
Slide 10 - Quiz
Wat is het consumentensurplus bij p = € 0,10?
A
16
B
8
C
80
D
4,50
Slide 11 - Quiz
Wat is de vergelijking van de collectieve vraaglijn als twee identieke consumenten deze individuele vraaglijn hebben?
A
q=-100p+50
B
q=-100p+100
C
q=-200p+50
D
q=-200P+100
Slide 12 - Quiz
Lesdoel
Aan het einde van deze les kun je het collectieve consumentensurplus berekenen .
Slide 13 - Slide
In welke mate is het lesdoel behaalt?
Slide 14 - Poll
Zijn er nog vragen en/of onduidelijkheden?
Slide 15 - Open question
Huiswerk
Digitaal maken module 2 hoofdstuk 1 vraag 10 t/m 12