Les 45 (10-03)

• Frans
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Les 44 

Le programme

Presentie

Herhalen:

- Aller + futur Proche

- Bezittelijk voornaamwoord

Texte B

Au travail!

Devoirs

Aller + Futur proche

Futur Proche

Wat ga jij aankomend weekend doen?

• Ik ga wandelen.
• Ik ga gamen. 

• Je gebruikt dus twee werkwoorden: gaan + hele werkwoord

De futur proche

Kijk mee op blz. 74-75 1b

In het Frans gebruiken wij ook een vorm van gaan + hele ww:

- Je vais visiter le supermarché. 

- Vous allez acheter un jeux vidéo.

Futur proche -Aller

Je vais

Tu vas

Il/elle/on va

Nous allons

Vous allez

Ils/elles vont

Bezittelijk voornaamwoord -Herkennen

Op blz 126 1A vind je het bezittelijk voornaamwoord. 

Kijk eens mee naar deze zinnen. Herkennen jullie hem nog?

1. C'est mon prof.

2. C'est sa copine.

3. J'adore nos amis. 

Het bezittelijke voornaamwoord

Een bezittelijk voornaamwoord geeft aan van wie iets is. 

In het Frans hangt de vorm altijd af van het zelfstandig naamwoord dat volgt:

Sarah son père.

Ma copine.

Leurs chiens. 

Bezittelijk voornaamwoord -De vorm

Leesvaardigheid -Texte B

Met het oog op de leestoets: laten we even gaan oefenen:

- open blz 92 en 93 van wb 1B.

Kijk naar de titel en de inleiding:

- Welke woorden herken je?

- Wat betekent de titel denk je?

Au travail!

Faire ex. 10a, b, c + 11a et b. 

Devoirs

Faire ex. 10a, b, c + 11a et b.