wk 17: herhaling samengestelde zinnen, passieve en actieve zinnen + verbindingsmanieren 2R

Wat gaan we deze les doen:
Tekstbegrip:
  • We oefenen met de 4 manieren waarop je alinea's kunt verbinden met elkaar (verbindingsmanieren).

Grammatica:
  • Je weet het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde zinnen
  • Je kunt een hoofdzin en een bijzin benoemen
  • Je weet wat actieve en passieve zinnen zijn
  • Je kunt aangeven in welke tijd een zin staat
1 / 11
next
Slide 1: Slide
Middelbare school

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Wat gaan we deze les doen:
Tekstbegrip:
  • We oefenen met de 4 manieren waarop je alinea's kunt verbinden met elkaar (verbindingsmanieren).

Grammatica:
  • Je weet het verschil tussen enkelvoudige en samengestelde zinnen
  • Je kunt een hoofdzin en een bijzin benoemen
  • Je weet wat actieve en passieve zinnen zijn
  • Je kunt aangeven in welke tijd een zin staat

Slide 1 - Slide

Tekstbegrip

Slide 2 - Slide

4 manieren om alinea's met elkaar te verbinden (herhaling):
  • signaalwoord
  • herhaling
  • overgangszin met verwijzing
  • aankondigende zin
Kijk voor extra uitleg in de lespresentatie van week 16

Slide 3 - Slide

Opdracht verbindingsmanieren
Ga naar drive --> lezen --> blok 4 t/m 6 --> opdracht verbindingsmanieren. 

Je maakt deze opdracht in je schrift. 

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Opdracht klassikaal. Zijn volgende zinnen enkelvoudig of samengesteld? Hoe zijn ze dan samengesteld?

1. Hij zei dat hij meer dan drie uur getennist had. hz-bz
2. Je moet 's avonds op tijd naar bed gaan, als je de volgende dag wilt presteren. hz-bz
3. Je moet niet zo veel zout in je eten doen, want dat is super ongezond. hz-hz
4. De moeder kon op tijd haar kind redden. 

Slide 6 - Slide

Passieve en actieve vorm (aantekening)
Een zin kan in 2 vormen staan: de actieve of de passieve vorm.

Actieve zinnen (bedrijvende): Het onderwerp doet iets, heeft iets gedaan of gaat iets doen. 

Passieve zinnen (lijdende): het onderwerp doet niets, maar er wordt iets met het onderwerp gedaan. 

Slide 7 - Slide

Voorbeeldzinnen:

1. De bloemist(ond) had de mooie bos rozen in de vensterbank gezet. actief --> de bloemist zet.....
2. Pas na drie dagen was onze auto(ond) gerepareerd. passief --> onze auto doet niets
3. Zij(ond) heeft altijd opgekeken tegen deze slimme leerling. actief --> zij kijkt op....
4. Het hondje(ond) werd iedere dag op hetzelfde tijdstip uitgelaten. passief --> het hondje doet niets (laat zichzelf niet uit)
5. Waarom eet jij(ond) de korsten van de pizza niet op? actief --> jij eet

Slide 8 - Slide

werkwoordstijden
Ga naar drive --> grammatica --> digitale lessen --> werkwoordstijden

Maak aantekeningen van de uitleg en geef je aantekening de naam: 'werkwoordstijden'. 
timer
8:00

Slide 9 - Slide

Opdracht werkwoordstijden
Open de methode in Schooltas. Maak de volgende opdracht en kijk deze meteen na:

Opdracht 7 blz. 81 --> blok 2 grammatica

Slide 10 - Slide

Afsluiting
Huiswerk in Som:

Tekstbegrip: opdracht verbindingsmanieren (dia 4)

Grammatica: aantekeningen over de werkwoordstijden staan in je schrift. Je maakt in de methode opdracht 7 blz. 81 (van blok 2 grammatica)

Slide 11 - Slide