Samengestelde zin --> Zinnen met meerdere gezegdes. Ze haastte zich en haalde net de bus. Hoofdzin --> Delen die op zichzelf kunnen staan. Ze haastte zich. Ze haalde net de bus.
Bijzin --> Delen die niet op zichzelf kunnen staan. Als ze had getreuzeld, dan had ze net de bus gemist.
In bijzinnen kunnen de werkwoorden niet los van elkaar staan. In hoofdzinnen wel.
Als ze had vanochtend getreuzeld.
Dan had ze de bus gemist.