Woordenschat moeilijke woorden onthouden en oefenen

WS3: moeilijke woorden
H3: moeilijke woorden

  • 3.1 Moeilijke woorden onthouden



1 / 15
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 15 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

WS3: moeilijke woorden
H3: moeilijke woorden

  • 3.1 Moeilijke woorden onthouden



Slide 1 - Slide

Welke moeilijke woorden horen bij jouw beroep/ opleiding?

Slide 2 - Mind map

Wat betekent "agogiek"?
A
Opvoeden
B
Weet ik niet
C
Aansturen & begeleiden van veranderprocessen
D
Werken vanuit de hulpvraag

Slide 3 - Quiz

Vaktaal v.s. privétaal
Taal in jouw privéleven verschilt met taal in studieboeken en lessen. bijv.:  'uitleg geven' (privé) en 'toelichten' (studie).
Het is belangrijk om algemene studietaalwoorden te begrijpen, omdat je ze ook ná je studie tegen gaat komen. Daarnaast leer je vaktaal in je beroep.

Slide 4 - Slide

Wat is een ander woord voor 'vaktaal'?

Slide 5 - Mind map

Hoe leer jij vaktaal in jouw beroep?

Slide 6 - Open question

Slide 7 - Slide

(Digitaal) Woorddossier
Hoe:
1. De betekenis;
2. Voorbeeldzinnen;
3. Situaties waarin het woord voorkomt;
4. Synoniemen;
5. Tegenstellingen/antoniemen;
6. Plaatjes/foto's.

Slide 8 - Slide

(Digitaal) Woorddossier
Tips:
1. Laat je overhoren;
2. Leg de woorden uit aan iemand anders;
3. Bedenk nieuwe zinnen of associaties;
4. Groepeer/categoriseer woorden;
5. Oefen je woorden: www.quandle.nl of wrts.nl.

Slide 9 - Slide

Woorddossier / Woordkaart

Slide 10 - Slide

Begrijp jij ALTIJD de studietaal die we gebruiken binnen SW?
A
Ja
B
Nee
C
Soms

Slide 11 - Quiz

Welke vaktaalwoorden kun je mij leren? Ik leer ook graag van jullie.

Slide 12 - Mind map

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Afronding
WS3 Moeilijke woorden
3.1 Moeilijke woorden onthouden

Slide 15 - Slide