Zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord

• Nederlands
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Hulpwerkwoord en zelfstandig werkwoord

Wat gaan we doen?

• Herhaling woordsoorten: lidwoord, zelfstandig naamwoord, bijvoeglijk naamwoord.
• Uitleg zelfstandig werkwoord en hulpwerkwoord
• Oefenen nieuwe stof
• Logboek Padlet

Huiswerk 1 februari: Startopdracht, filmpje, opdracht 1,2,3,4

Benoem alle bepaalde lidwoorden

Noem alle onbepaalde lidwoorden

Benoem de zelfstandige naamwoorden van deze zin: Ik heb een hekel aan de kou op mijn kamer.

Maak van het volgende werkwoord een zelfstandig naamwoord: aanmoedigen

Benoem wat is in deze zin een bijvoeglijk naamwoord?
Mijn auto is groen van binnen.

1. Auto
2. Binnen
3. Groen
4. Mijn

Zelfstandig werkwoord

• Het allerbelangrijkste werkwoord in een zin.
• In een zin met maar 1 werkwoord is dat werkwoord een zelfstandig werkwoord.
• De persoonsvorm in een zin met 1 werkwoordis een zelfstandig werkwoord.

Voorbeeld:

Ik koop een gebakje.

Je kunt naar school lopen. 

Hulpwerkwoord

• Bij meerdere werkwoorden in een zin, staat het zelfstandig werkwoord achteraan. 
• De overige werkwoorden zijn hulpwerkwoorden. Ze helpen de zin naar het zelfstandig werkwoord toe.

Voorbeeld:

Ik zou je een hand kunnen geven.

Wat voor werkwoord is het werkwoord Moet?
De volgende keer moet je beter opletten.

1. Zelfstandig werkwoord
2. Hulpwerkwoord

Welk woord is hier een zelfstandig werkwoord?
Ik kom je vanavond ophalen.

1. Ik
2. Kom
3. Vanavond
4. Ophalen

Benoem alle werkwoorden:
Dit weekend heb ik nieuwe boeken gekocht.

Ik weet wat een zelfstandig werkwoord is

Ja

Nee

Ik weet wat een hulpwerkwoord is

Ja

Nee

Ik wil graag extra uitdaging bij de woordsoorten.

Ja

Nee

Ik heb extra hulp nodig bij woordsoorten.

Ja

Nee

Logboek Padlet

Vul in de titel, Je naam en de datum van vandaag.

Geef antwoord op de vragen.

https: