Leerdoelen die je moet beheersen:
* Je weet uit welke bestanddelen bloed bestaat
* Je weet wat de functie van elke van deze delen is
* Je kunt in de dubbele bloedsomloop van de mens de kleine en de grote bloedsomloop onderscheiden met hun functies
* Je kan de verschillende onderdelen van het hart benoemen.
* Je kan de functie en de werking van het hart uitleggen.
* Je kan aangeven wat het verschil is tussen aders, slagaders en haarvaten.
* Je kan drie belangrijke aders en slagaders opnoemen.