hfd.3_lvp_0201

• Nederlands
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

welkom

dinsdag 1 februari

welkom

lezen

huiswerk bespreken 1, 2 & 4 lvp

uitleg aanwijzende en vragende voornaamwoorden (woordsoorten)

zelfstandig werken

huiswerk (niet in Magister)

leren blz. 124 theorie lijdend voorwerp

maken opdracht 1, 2 & 4 (blz. 125)

Je kunt verder werken met behulp van het werkschema, zie bijlage en studiewijzer.

Leesboek meenemen.

Hoe vind je het onderwerp?

Hoe vind je het lijdendvoorwerp?

Wat is de juiste volgorde van ontleden?

1. pv/gez/ond/lvp
2. ond/pv/gez/lvp
3. gez/pv/lvp/ond
4. gez/pv/ond/lvp

werkschema

vrijdag 11/2: pw. (zie Magister)
Document in Magister!

Je leert over aanwijzende en vragende voornaamwoorden.

Een aanwijzend voornaamwoord (aanw.vnw) wijst een mens, een dier of een ding aan.

Er zijn vier vragende voornaamwoorden (vr.vnw): wie, wat, welk(e), wat voor (een). Ze staan meestal aan het begin van een vraag.

huiswerk

leren grammatica blz. 126

maken opdracht 1, 2 & 4

Leesboek meenemen.

Zijn er vragen?

Einde van de les

Tot vrijdag.