Vragend voornaamwoord (vr.vnw)
- Wie is er met modderschoenen door de woonkamer gelopen?- Wat is het huiswerk voor morgen?
- Finn wil weten welk snoepje jij het lekkerst vindt.
- Josien vraagt wat voor jurk Cira aantrekt naar het schoolfeest.
Alléén woorden die naar een persoon, dier of ding vragen zijn vr.vnw!
Woorden die naar een plaats, reden, tijd of iets anders vragen, zijn bijwoord!