Grammatica - blok 1 - les 1.5 pv + wwg + ond + zinsdelen

Grammatica- les 1.5 
1 / 31
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

This lesson contains 31 slides, with text slides.

Items in this lesson

Grammatica- les 1.5 

Slide 1 - Slide

Doel van de les:
  • Zinnen kunnen verdelen in zinsdelen.
  • De persoonsvorm vinden met de vraagproef    en de tijdproef.
  • Het werkwoordelijk gezegde kunnen vinden.
  • Het onderwerp kunnen vinden. 

Slide 2 - Slide

Welke 2 zindelen MOET een goede zin hebben?
timer
0:20

Slide 3 - Slide

Hoe vind ik de persoonsvorm in een zin?
timer
0:20

Slide 4 - Slide

1. Muzafer vertelde Sam een leuke mop.
Wat is de persoonsvorm? 
timer
0:10

Slide 5 - Slide

Wat is het werkwoordelijk gezegde?
timer
0:20

Slide 6 - Slide

2. Siënna heeft haar kamer opgeruimd.
Wat is het werkwoordelijk gezegde?
timer
0:20

Slide 7 - Slide

Hoe vind ik het onderwerp in een zin?
timer
0:20

Slide 8 - Slide

2. Siënna heeft haar kamer opgeruimd.
Wat is het onderwerp?
timer
0:20

Slide 9 - Slide

Zinnen opbouwen
wie
wat

Slide 10 - Slide

Zinnen opbouwen

onderwerp

werkwoord
wie
wat

Slide 11 - Slide

Zinnen opbouwen
wie
wat

de docent

vertelt
nu
de opdracht
aan jullie

Slide 12 - Slide

Herhalen zinsdelen

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Pak je schrift!
Is de slide geel?

Schrijf de aantekeningen 
over in je schrift!

Slide 16 - Slide

Werkwoorden
3 soorten werkwoorden:
  • persoonsvorm
  • voltooid deelwoord
  • hele werkwoord

Slide 17 - Slide

Stap 1: Persoonsvorm
Vind de persoonsvorm met de:

  • vraagproef
  • tijdproef
  • getalproef

Slide 18 - Slide

vraagproef
getalproef

Slide 19 - Slide

tijdproef

Slide 20 - Slide

persoonsvorm
Joop heeft gisteren voetbaltraining gehad. 

Slide 21 - Slide

persoonsvorm
Joop heeft gisteren voetbaltraining gehad. 
Heeft Joop gisteren voetbaltraining gehad? 

Slide 22 - Slide

persoonsvorm = heeft
Joop heeft gisteren voetbaltraining gehad. 
Heeft Joop gisteren voetbaltraining gehad? 

Slide 23 - Slide

persoonsvorm = heeft
Joop / heeft / gisteren / voetbaltraining / gehad

gehad = voltooid deelwoord

Slide 24 - Slide

persoonsvorm = heeft
Joop / heeft / gisteren / voetbaltraining  /gehad

wwg = heeft gehad

Slide 25 - Slide

Slide 26 - Slide

onderwerp =    wie / wat + gezegde 
Joop/ heeft / gisteren / voetbaltraining / gehad.
 
wie/wat + heeft (voetbaltraining) gehad?
                                    
Joop heeft (voetbaltraining) gehad

Slide 27 - Slide

Joop/ heeft / gisteren / voetbaltraining / gehad.
 ond    pv+wwg                                                       wwg

wwg = heeft gehad
onderwerp = Joop

Slide 28 - Slide

Oefenbladzijde

Voorbeeld:             Ik / ga / de zin / netjes / overschrijven.
                                 ond  pv+wwg                                wwg

1.  Jullie gaan nu oefenen met de persoonsvorm vinden.
2. Heb je de uitleg goed begrepen?
3. Dan kun je de les makkelijk maken. 

Slide 29 - Slide

Maken: Blok 1 - Grammatica - les 1.3 + 1.5 opdracht 11
timer
10:00


Klaar?
  • Extra Huiswerk: les 2.4

Slide 30 - Slide

Afsluiting
  • Doelen herhalen
  • Huiswerk: les 2.4  afmaken
  • Huiswerk: Lezen leesboek (zie SOM) + leesvraag in Teams
  • Volgende les: les 2.1 - splitsbaar werkwoord

Slide 31 - Slide