3.5 wetenschap en techniek + herhaling hfst 3

• Geschiedenis
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

3.5 Wetenschap en techniek

3.5 Wetenschap en techniek

Aan het einde van deze les weet je:

- hoe wetenschappers gingen werken in de 17e eeuw

- hoe wetenschap praktisch werd toegepast

- hoe de landbouwgrond in Nederland werd uitgebreid 

Hoe ontstond de wereldeconomie?

1. Door het toenemende aanbod van producten uit Azië en Amerika.
2. Doordat handelaren meer handel dreven met Azië en Amerika.
3. Door de stijgende vraag naar producten uit Azië en Amerika.

Wat is het verschil tussen volkenrecht en oorlogsrecht?

Wie was de belangrijkste opdrachtgever voor kunst in Nederland?

1. De kerk
2. De koning
3. De adel
4. De rijke burgers/regenten

Wat voor soort onderwerpen had de kunst in Nederland in de Gouden Eeuw?

Hoe werd de vertaling van de Bijbel in 1637 genoemd?

1. de Hollandse Bijbel
2. de Statenvertaling
3. het Nieuwe testament
4. de nieuwe Bijbel der Nederlanden

De wetenschappelijke revolutie

= doorbraak van wetenschappelijk onderzoek vanaf de 17e eeuw

Wetenschappelijk onderzoek wordt gebaseerd op eigen waarnemingen, zoals zien, ruiken en proeven.

Gevolg: opstellen van natuurwetten

Voorbeelden

•  Isaac Newton: zwaartekracht
• Antoni van Leeuwenhoek: microscoop
• Galilei: telescoop 
• Christiaan Huygens: slingerklokwerk 

Welke ontwikkeling van de 15e/16e eeuw zou de oorzaak kunnen zijn van de wetenschappelijke revolutie? Leg ook uit waarom.

Wetenschap in de praktijk

Jan Adriaanszoon Leeghwater vond een manier uit om hele meren droog te leggen met behulp van molens. 

Deze molens zetten wind om in beweging, waardoor water verplaatst kon worden.

--> Beemsterpolder

Eén van de gevolgen van de wetenschappelijke revolutie was dat Europa de rest van de wereld kon overheersen. Leg uit waarom dat zo was.

Herhaling hfst 3

3.1 Geef een voorbeeld van hoe Lodewijk XIV ervoor zorgde dat hij absoluut kon regeren

3.1 wat hield de functie stadhouder in in de Republiek en wie vervulde die titel?

3.2 Leg uit wat handelskapitalisme is

3.2 Leg uit waarom Amsterdam zo'n rijke stad kon worden en noem hierbij het begrip 'stapelmarkt'

3.3 Leg uit wat het handelsmonopolie inhield voor de VOC.

3.3 Leg uit hoe de WIC en VOC verschilden aan de hand van 3 voorbeelden.

3.4 Leg het verschil tussen geloofsvrijheid en gewetensvrijheid uit.

Aan de slag

Wat: Maak alle opdrachten van hoofdstuk 3 af.

Hoe: Zelfstandig en in stilte.
 (10 min.)

Daarna met overleg.

Klaar? Begin vast aan: Tijdvak en begrippen