13.4 + 5 + 6 + 7 Transport en afweer

13.4 + 5 + 6 + 7
1 / 40
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo lwoo, b, kLeerjaar 2

This lesson contains 40 slides, with interactive quiz, text slides and 5 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

13.4 + 5 + 6 + 7

Slide 1 - Slide

planning
huiswerk: maken § 13.1 + 2 + 3 (controle)
29 januari: REPETITIE H13 + H3
maken: § 4 + 5 + 6 +7

Slide 2 - Slide

§13.4 hart- en vaatziekten
hart- en vaatziekten voorkomen

Slide 3 - Slide

Hart- en vaatziekten
Zijn doodsoorzaak nummer 1 in Nederland. 

Slide 4 - Slide

Bloedvaten
* raken soms verstopt.
* kan gevaarlijk zijn vooral in hart of hoofd. 

Slide 5 - Slide

Verstopt
Een bloedvat kan verstopt raken door:
- Trombose (stolsel, zie plaatje)
- Cholesterol



Slide 6 - Slide

Cholesterol
cholesterol is een vettige stof die aan de binnenkant van je bloedvaten blijft plakken. 
Na een tijdje wordt het bloedvat nauwer.
Daarna raakt het helemaal verstopt. 

Slide 7 - Slide

Cholesterol
- zit in vette, dierlijke voedingsmiddelen
(verzadigd vet) 
- eieren, spek, slagroom, roomboter, mayonaise, hamburger, frituurvet, kaas, vlees etc. 

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Video

Het hart
Kransslagaders: zorgen ervoor dat het hart zuurstof en voedingsstoffen krijgen. 
Kransaders: zorgen ervoor dat afvalstoffen van het hart afgevoerd worden via de holle ader. 

Slide 11 - Slide

Hartinfarct
Soms raakt een kransslagader verstopt. Dit deel krijgt dan geen zuurstof meer en kan doodgaan. 

Een ander woord voor hartinfarct is hartaanval

Slide 12 - Slide

symptomen
Bij een hartinfarct heb je: 
- een stekende pijn in de borst
- benauwd
-komt vaak bij oudere mensen voor
- steeds vaker bij jonge mensen

Slide 13 - Slide

Herseninfarct
Ook een bloedvat in de hersenen kan verstopt raken: een herseninfarct
Een ander woord voor herseninfarct is beroerte.
Een deel van de hersenen kan afsterven en daardoor kan je verlamd raken

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Hersenbloeding, wat gebeurt er dan?
A
Een deel van de hersenen kan afsterven
B
Er ontstaan nieuwe cellen in je hersenen
C
Je krijgt last van je hart
D
Je bloed stroomt de verkeerde kant op

Slide 16 - Quiz

Stress en spanning
Stress en spanning vergroten de kans op hoge bloeddruk en op hart- en vaatziekten.
Stress
  • Gespannen kaken en gezicht
  • Snelle ademhaling
  • Druk op de borst
  • Snel boos, gefrustreerd of bang
  • Situaties vermijden

Slide 17 - Slide

§13.5 weefselvloeistof en lymfe

Slide 18 - Slide

Het opnemen en afgeven van stoffen. 

Slide 19 - Slide

Slide 20 - Slide

Lymfevat in detail: 

Slide 21 - Slide

Lymfeknopen
In de lymfeknopen wordt de lymfe gezuiverd van ziektekiemen.

Daarnaast maken de lymfeknopen witte bloedcellen.

Slide 22 - Slide

Slide 23 - Slide

13.6 Afweer

Slide 24 - Slide

Hoe beschermt je lichaam zichzelf
Je lichaam probeert ziekteverwekkers  buiten het lichaam te houden en te doden als het toch in het lichaam komt.
Doet dit met Algemene Afweer:
* de huid
* speeksel/maagsap
* Bloed => witte bloedcellen

Slide 25 - Slide

Hoe beschermt je lichaam zichzelf
Bescherming met de huid:




  • De huid is ondoordringbaar voor bacteriën
  • Op de huid ligt een laagje talg. Talg remt bacteriegroei

Slide 26 - Slide

Hoe beschermt je lichaam zichzelf
Bescherming met de speeksel:
Speeksel remt bacteriegroei


Bescherming met maagsap:
Maagsap is erg zuur en doodt bacteriën

Slide 27 - Slide

Hoe beschermt je lichaam zichzelf
Bescherming met de witte bloedcellen
Witte bloedcellen kunnen ziekteverwekkers doden die in het lichaam (in het bloed) zijn gekomen.
Met 2 types witte bloedcellen:
1  Door de ziekte verwekkers op te eten
2  Door antistoffen te maken:
Specifieke Afweer

Slide 28 - Slide

Slide 29 - Slide

Slide 30 - Video

actieve en passieve immuniteit
Leerdoelen 
1. Je kunt uitleggen hoe je immuun wordt tegen een ziekte.
- Passieve natuurlijk immuniteit
- Passieve kunstmatige immuniteit
- Actieve natuurlijk immuniteit
- Actieve kunstmatige immuniteit

2. Je kunt uitleggen hoe medicijnen kunnen helpen tegen ziekteverwekkers.
3. Je kunt uitleggen waardoor iemand allergisch is en wat de reactie is. 
4. Je kunt uitleggen wat een auto-immuunziekte is. 

Slide 31 - Slide

§13.7 Transplantatie en bloedtransfusie

Slide 32 - Slide

Slide 33 - Slide

Slide 34 - Video

Slide 35 - Slide

Auto-immuunziekte
  • Bij een auto-immuunziekte maken witte bloedcellen antistoffen tegen je eigen lichaamscellen.

  • Diabetes type 1, reuma en MS zijn voorbeelden van auto-immuunziekten.

Slide 36 - Slide

Slide 37 - Slide

Slide 38 - Video

Slide 39 - Slide

Opdrachten
Maak de opdrachten van §13.4 - §13.7

Slide 40 - Slide