hv1q - wo 2 mrt

Welkom!
Telefoon in de telefoontas? Pak je spullen!
Wat heb je nodig?
  • Lesboek 
  • Schrift
  • Pen (ja, een potlood mag ook)
  • Je eigen leesboek
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 11 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Welkom!
Telefoon in de telefoontas? Pak je spullen!
Wat heb je nodig?
  • Lesboek 
  • Schrift
  • Pen (ja, een potlood mag ook)
  • Je eigen leesboek

Slide 1 - Slide

Onze regels:

* Als de docent wil beginnen ben je stil.
* Als je iets wilt toevoegen aan de les, steek je je vinger op.
* Er wordt niet door de klas geroepen.
* Er vliegt niets door de lucht (propjes/pennen).
* Er is 1 iemand aan het woord.
* Je helpt elkaar.
* Je hebt respect voor elkaar.




* Overleggen doen we zachtjes.
* Je blijft van elkaar spullen af.
* Je doet actief mee in de les en werkt serieus.
* Je gaat naast iemand zitten met wie je goed kan samenwerken.
* Telefoon is in de telefoontas.

Slide 2 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?

  • Lezen in je leesboek
  • Extra uitleg over de hoofdgedachte
  • Oefentoets 

Slide 3 - Slide

Wat is het doel van deze les?
Aan het eind van deze les weet je:

  • alles over de inleiding, het middenstuk en slot van een tekst,
  • alles over het onderwerp en de hoofdgedachte van een tekst,
  • hoe de toets er ongeveer uit zal zien

Slide 4 - Slide

Tijd om te lezen

Pak je boek erbij

We lezen in stilte
timer
10:00

Slide 5 - Slide

Filmpjes over de theorie

Slide 6 - Slide

Onderwerp en hoofdgedachte

Als er wordt gevraagd naar het onderwerp van een tekst, dan is het belangrijk dat je antwoord geeft
in één of enkele woorden. Het onderwerp van een tekst is nooit een volledige zin.

De hoofdgedachte is één zin.

Het onderwerp van een tekst is een handig hulpmiddel om de hoofdgedachte van de tekst mee te bepalen. Als je het onderwerp van een tekst hebt gevonden, kun je jezelf de volgende vraag stellen:
Wat wordt er in deze tekst verteld over [onderwerp X]?
Wanneer het je gelukt is om het antwoord op deze vraag goed samengevat in één zin te formuleren, dan heb je de hoofdgedachte van de tekst te pakken.


Slide 7 - Slide

Lees deze tekst
Zijn sportlessen op school nuttig?

Op de basisschool en de middelbare school wordt er gym gegeven. Daarnaast krijgen leerlingen les in ontzettend veel andere belangrijke vakken. Zijn die gymlessen op school wel nuttig? Is het niet verstandiger om meer aandacht te kunnen geven aan de andere vakken en de gymlessen af te schaffen?

Veel bewegen op jonge leeftijd is belangrijk voor de motorische ontwikkeling van een kind. Kinderen leren op deze manier hoe ze hun lichaam kunnen gebruiken. Daarnaast hebben kinderen op de basisschool vaak erg veel energie. Ze vinden het fijn om deze energie kwijt te kunnen raken tijdens de gymles, zodat ze daarna in de klas hun aandacht beter bij de andere vakken kunnen houden.

Ook voor leerlingen op de middelbare school blijft gym een essentieel vak. Er is namelijk een positief verband tussen sport en leerprestaties. Voldoende fysieke activiteit is dus niet alleen essentieel voor de fysieke gezondheid, maar ook voor de mentale gezondheid. Bij bepaalde bewegingen maak je zelfs gebruik van dezelfde hersengebieden die je nodig hebt voor het leren. Hiermee train je dus eigenlijk je hersenen.
Al met al zijn er voldoende redenen te noemen om te concluderen dat gymlessen op school niet nutteloos zijn en zelfs essentieel zijn om leerlingen beter te laten presteren bij andere schoolvakken.



Slide 8 - Slide

  • Voordat je kunt nadenken over de hoofdgedachte, moet je eerst het onderwerp van de tekst vinden. 
  • Het is niet zo dat er slechts één antwoord goed is. Belangrijk is wel dat je onderwerp geen volledige zin is. Het onderwerp van deze tekst kan zijn ‘(het nut van) sportlessen op school’.
 

  • Om vervolgens de hoofdgedachte van de tekst te vinden, stel je jezelf de volgende vraag:
  • Wat wordt er in deze tekst verteld over (het nut van) sportlessen op school?

  • Het antwoord op deze vraag vat je in één zin samen. 
  • Een goede hoofdgedachte is bijvoorbeeld: ‘Zowel op de basisschool als op de middelbare school zijn sportlessen erg nuttig’.


Slide 9 - Slide

Aan de slag!
Wat? Je maakt de oefentoets in je schrift of op een los vel.
Hoe? 10 min. zelfstandig en stil. 
Na 10 min. mag je fluisterend overleggen.
Hulp? Lees je boek. Lukt het niet, steek je hand op.
Tijd? 15 minuten.
Resultaat? Extra oefening voor de toets. We gaan het de volgende les bespreken.              Klaar? Dan maak je opdracht 3 en/ of 5 op p. 111-112
                                                           

timer
15:00

Slide 10 - Slide

Wat heb ik geleerd?
Werk in tweetallen

  • Bespreek met je klasgenoot wat er tijdens deze les is geleerd.
  • Wat is belangrijk en moet je onthouden?
  • Hoe vertel je dit aan een leerling van een andere klas?
  • Wat was het doel van de les en is het doel bereikt?



Slide 11 - Slide