Letterrekenen

Letterrekenen
Welkom bij de les over paragraaf 1.5
Je begint met quizvragen over de lesstof dat je al hebt gehad.
Daarna krijg je uitleg over paragraaf 1.5
Na elke uitleg krijg je een paar quizvragen.

In je boek staat het ook uitgelegd.
Bekijk anders de filmpjes in de online methode.
1 / 41
next
Slide 1: Slide
WiskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 41 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 15 min

Items in this lesson

Letterrekenen
Welkom bij de les over paragraaf 1.5
Je begint met quizvragen over de lesstof dat je al hebt gehad.
Daarna krijg je uitleg over paragraaf 1.5
Na elke uitleg krijg je een paar quizvragen.

In je boek staat het ook uitgelegd.
Bekijk anders de filmpjes in de online methode.

Slide 1 - Slide

vermenigvuldigen bij letterrekenen

2p8q
A
10pq
B
16p2q
C
16pq
D
10q2

Slide 2 - Quiz

vermenigvuldigen bij letterrekenen

7a3b=
A
21ab
B
10ab
C
21(ab)2
D
21a2b

Slide 3 - Quiz

vermenigvuldigen bij letterrekenen
m2k3p
A
5mkp
B
6mkp
C
5mkp
D
6mkp

Slide 4 - Quiz

Herleid 3c + 6c
A
9c²
B
9c
C
kan niet
D
18c

Slide 5 - Quiz

Herleid
-13pqr + 15pqr
A
2pqr
B
-2pqr
C
2(pqr)2
D
2(pqr)2

Slide 6 - Quiz

Herleid
3a + 2b
A
5ab
B
5 + ab
C
knk
D
3ab + 2

Slide 7 - Quiz

Herleid
13ac - 6ac
A
19ac
B
19ac2
C
7ac
D
7

Slide 8 - Quiz

Stappenplan breuken optellen/aftrekken
Breuken gelijknamig maken
Teller (bovenkant) optellen/aftrekken
Vereenvoudigen

Slide 9 - Drag question

Breuken optellen:

61+91=
A
5415
B
185

Slide 10 - Quiz

Zet het werkschema voor het vermenigvuldigen van breuken op de juiste volgorde
Stap 1

Stap 2

Stap 3

Breng helen binnen de breuk
Vereenvoudig de uitkomst en haal de helen eruit
Bereken teller x teller en noemer x noemer

Slide 11 - Drag question

Bij breuken vermenigvuldigen moet je gelijknamig maken:
A
waar
B
niet waar

Slide 12 - Quiz

Breuken vermenigvuldigen

A
83
B
152
C
158

Slide 13 - Quiz

Haakjes wegwerken:

3(x4)
A
3x4
B
3x12
C
3x+4
D
3x+12

Slide 14 - Quiz

Merkwaardig product:

(x+4)(x4)
A
x24x+4x16
B
x242
C
x216
D
2x

Slide 15 - Quiz

Merkwaardig product?
A
Ja
B
Nee

Slide 16 - Quiz

haakjes wegwerken
(x+2)(x7)
A
x2+2x7
B
2x5
C
x25x14
D
x214

Slide 17 - Quiz

Herleid als één breuk.
A
B
C
D

Slide 18 - Quiz

Herleid de volgende breuk
3a+a2
A
3aa2+6
B
3a2a
C
32+1
D
3a22

Slide 19 - Quiz

Kan jij nog kleiner maken?
12ax10ab
A
6x10b
B
6ax5ab
C
6x5b
D
65

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide

Letterrekenen



?
aa=a2
aaa=a3

Slide 22 - Slide

Machten
Optellen:                                                                    (exponenten/grondtal)
Aftrekken:                             dit kan, want de termen zijn gelijksoortig.

Vermenigvuldigen:                    -> termen zijn niet gelijksoortig
maar dat hoef ook niet bij vermenigvuldigen

 
2p3+p3
3a4a4
a3a4

Slide 23 - Slide

Zijn 7ac en 7ab gelijksoortige termen?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quiz

Zijn 2ab en 7ab gelijksoortige termen?
A
Ja
B
Nee

Slide 25 - Quiz

Optellen en aftrekken
Je hebt altijd gelijksoortige termen nodig:

         en                  zijn gelijksoortige termen.

          en               zijn géén gelijksoortige termen.



2a4
74a4
2a3
2a6
2a4+74a4=76a4
2a32a6=kanniet

Slide 26 - Slide

-
3a3+4a3=
A
7a3
B
7a6

Slide 27 - Quiz

-

5a3b2ab2
A
3a3b2
B
kan niet

Slide 28 - Quiz

Vermenigvuldigen
Niet gelijksoortige termen kan je wel vermenigvuldigen.

Dus:                               : dit kan wel.

En:                                  : dit kan ook.


a4a2
3a32b2

Slide 29 - Slide

-

2a32a4
A
4a12
B
4a7

Slide 30 - Quiz

-

6a3c53a3b
A
18a3bc5
B
18a6bc5

Slide 31 - Quiz

De macht van een macht
Met haakjes:                   : dit betekent: 

Dus: je doet de machten keer elkaar.






(a2)3
a2a2a2=a6

Slide 32 - Slide

-

(p3)4
A
p12
B
p7

Slide 33 - Quiz

Wat moet eerst? Machtsverheffen of haakjes?
Wat moet eerst? 
(a5)32a6

Slide 34 - Slide

Zelfstandig werken
Maak nu de opgaven van paragraaf 1.5 uit je boek
Vanaf blz. 25
Opgaven 37 t/m 45

Heb je extra instructie nodig?
Bekijk dan de instructiefilmpjes uit de methode:
Magister - Leermiddelen - Getal&Ruimte - hoofdstuk 1.5


Slide 35 - Slide

De macht van een product
Wat is ook al weer een product?                          

De zesde macht van product ab is:   

Herleid:                    ->
ab
(ab)6
a6b6
(ab)6

Slide 36 - Slide

-
Herleid

(pr)6
A
p6r6
B
p3r3

Slide 37 - Quiz

Machten op elkaar delen
 


Dus: je trekt de exponenten van elkaar af.

Het grondtal moet gelijk zijn 
a3a7=aaa(aaaaaaa)=a4

Slide 38 - Slide

-

q2p5
A
pq3
B
q2p5

Slide 39 - Quiz

Slide 40 - Slide

Zelfstandig werken

Maak nu de opgaven 49 t/m 54 uit je boek.
Blz. 29

Slide 41 - Slide