Herhaling functiewoorden, verbindingswoorden, verwijswoorden

1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Vertel in minstens twee zinnen wat je in de vakantie hebt gedaan. Gebruik ten minste één verbindingswoord/signaalwoord.

Slide 2 - Open question

Vandaag:

- overzicht toetsstof
- herhaling verbindingswoorden, verwijswoorden en functiewoorden. 
- werken aan de boekopdracht

Slide 3 - Slide

Toetsstof:

Spelling: H. 12, 13
Leesvaardigheid: H. 17, 18, 19
Grammatica: H. 20, 21
Fictie: H. 22
Lever de boekopdracht voor 22 januari 23:59 in. 

Slide 4 - Slide

Geeft het aan hoe zinnen of delen van zinnen met elkaar verbonden zijn.
A
functiewoord
B
verwijswoord
C
verbindingswoord/ signaalwoord

Slide 5 - Quiz

De schrijver vertelt je wat je in een tekstdeel kunt verwachten.
A
functiewoord
B
verwijswoord
C
verbindingswoord/ signaalwoord

Slide 6 - Quiz

Woord dat verwijst naar een ander woord of een woordgroep.
A
functiewoord
B
verwijswoord
C
verbindingswoord/ signaalwoord

Slide 7 - Quiz

functiewoord
verwijswoord
verbindingswoord
maar
conclusie
gevolg
dus
deze

Slide 8 - Drag question

Maak opdracht 5 (blz. 71). 
timer
8:00

Slide 9 - Slide

Maak opdracht 4 (blz. 79). 
timer
12:00

Slide 10 - Slide


Werk verder aan de boekopdracht. 

Je vindt de opdracht in Magister. 

Slide 11 - Slide